De vrouw reed in juni 2023 rond het middaguur met haar auto over een eenbaansweg in Deurne en haalde daar een fietser in. Toen ze terug naar rechts stuurde, reed ze een andere fietser van achteren aan. Het slachtoffer werd naar het ziekenhuis gebracht en overleed daar enkele uren na het ongeval aan zijn verwondingen.

Volgens de rechtbank had de vrouw het slachtoffer moeten zien: haar zicht werd nergens door belemmerd, de weg is op de plek van het ongeval recht en overzichtelijk en het was een heldere dag. Ze had juist bijzonder oplettend moeten zijn omdat aan beide kanten van de rijbaan een fietssuggestiestrook is en er meerdere fietsers reden. Toch zag zij de fietser niet. Bovendien blijkt uit onderzoek dat de vrouw bijna vier keer de voor een beginnend bestuurder toegestane hoeveelheid alcohol had gedronken. Alleen al daardoor was haar vermogen om de auto te besturen beperkt. De rechtbank oordeelt dan ook dat er sprake was van aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend rijgedrag. 

De nabestaanden zullen moeten leven met het feit dat hun dierbare door een noodlottig ongeval is overleden. Aan hen is onherstelbaar leed toegebracht. De rechtbank realiseert zich dat de vrouw dit op geen enkele manier heeft gewenst. Dat neemt niet weg dat door haar handelen levens ingrijpend en blijvend zijn veranderd.

Voor een dergelijk ongeval is het landelijke oriëntatiepunt een gevangenisstraf van zes maanden en een rijontzegging van twee jaar. De rechtbank ziet aanleiding om daarvan af te wijken. De advocaat van de verdachte verzocht om het jeugdstrafrecht toe te passen, maar de Reclassering ziet na ruim twee jaar geen aanknopingspunten op het gebied van pedagogische mogelijkheden. Daarom past de rechtbank het volwassenenstrafrecht toe, maar houdt wél rekening met de jonge leeftijd van de vrouw op het moment van het ongeval. Daarnaast houdt de rechtbank rekening met de overschrijding van de redelijke termijn waarbinnen het Openbaar Ministerie (OM) deze zaak voor de rechter had moeten brengen.

Al met al komt de rechtbank tot de maximale taakstraf van 240 uur. Ook krijgt de vrouw een voorwaardelijke rijontzegging van twee jaar. Daarbij weegt mee dat het OM vlak na het ongeval niet het rijbewijs van de vrouw heeft ingevorderd. Na ruim twee jaar en gelet op de persoonlijke omstandigheden van de vrouw, vindt de rechtbank het niet noodzakelijk om nu een (deels) onvoorwaardelijke rijontzegging op te leggen.