De voorzieningenrechter concludeert dat de burgemeester bevoegd is de woning te sluiten. Zij begrijpt ook dat de burgemeester duidelijk wil maken dat de opslag van zoveel vuurwerk in een woning volstrekt niet wordt getolereerd en dat hiertegen moet worden opgetreden. Gelet daarop is het begrijpelijk dat de burgemeester heeft willen ingrijpen om de veiligheid en rust in de omgeving van de woning te herstellen.
Volgens de voorzieningenrechter ging de burgemeester daarbij echter wel voorbij aan de vereisten van proportionaliteit en subsidiariteit. De wet schrijft namelijk voor dat een woning alleen kan worden gesloten als er geen minder ingrijpende middelen kunnen worden ingezet om de openbare orde te herstellen. In dit geval maakte de burgemeester niet aannemelijk dat de sluiting noodzakelijk is om een einde te maken aan de verstoring van de openbare orde. Nadat het vuurwerk uit de woning was gehaald en vernietigd, was er geen concreet en reëel gevaar meer voor de openbare orde. De voorzieningenrechter hecht er daarnaast veel waarde aan dat de man tijdens de ‘vuurwerkperiode’ rond Oud en Nieuw in detentie zat. Ook motiveerde de burgemeester onvoldoende waarom er geen minder ingrijpende maatregelen mogelijk zijn, zoals controles of aanwijzingen in de aanloop van en tijdens de vuurwerkperiode 2021.
Al met al heeft het bezwaar van de bewoners een redelijke kans van slagen. De voorzieningenrechter wijst het verzoek daarom toe en bepaalt dat het besluit van de burgemeester om de woning te sluiten, is geschorst tot 6 weken na bekendmaking van zijn beslissing op het bezwaar.