De zichtbare angst van het meisje voor de verdachte, haar hulpeloosheid en de duidelijk zichtbare, schrijnende letsels in haar gezichtje en op haar lijfje, lieten de verdachte kennelijk onberoerd en weerhielden hem er niet van om het meisje steeds opnieuw zwaar te mishandelen. Daarbij weegt voor de rechtbank mee dat uit de beelden en de overige bewijzen niet het beeld naar voren komt van een gefrustreerde, onmachtige opvoeder, maar juist van een onberekenbare man die uit het niets in een explosie van geweld lijkt te ontploffen. Tekenend hiervoor is de overgang die soms te zien is van uiterst gewelddadig gedrag naar gedrag dat als liefhebbend of liefkozend kan worden aangemerkt, en omgekeerd. Zo drukt hij het ene moment de lucht uit het lijfje van het meisje, geeft haar vervolgens een knuffel, slaat haar daarna met een drinkpak en geeft daarna weer een knuffel.