De handelswijze van de verdachte heeft diep en onherstelbaar leed toegebracht aan de nabestaanden van de slachtoffers. Verder is duidelijk geworden dat het verkeersongeval ook voor de overige betrokken zeer grote gevolgen heeft gehad en dat ook zij hier nog steeds nare gevolgen van ondervinden. De rechtbank rekent de verdachte al dit verdriet en leed aan.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het overtreden van artikel 6 van de Wegenverkeerswet. Hij heeft schuld aan een verkeersongeval waardoor meerdere personen zijn overleden of (zwaar)gewond zijn geraakt. De verdachte heeft zich verder schuldig gemaakt aan het overtreden van artikel 5 van die wet. Het rijgedrag van de verdachte veroorzaakte namelijk ook gevaar op de weg, waardoor personen licht gewond zijn geraakt en meerdere personen (dodelijk) gewond hadden kunnen raken.
De rechtbank acht op zich een gevangenisstraf van 42 maanden passend, ware het niet dat de redelijke termijn voor behandeling van een strafzaak is overschreden. Aan de verdachte wordt daarom een celstraf opgelegd van 38 maanden. Daarnaast is de rechtbank niet overtuigd geraakt van de daadwerkelijke motivatie van de verdachte om nooit meer een vrachtwagen te besturen. Om die reden wordt hem ook de maximale rijontzegging van vijf jaar opgelegd.