De bewezen verklaarde feiten zijn zeer ernstige misdrijven, wat zwaar meeweegt bij de bepaling van de (hoogte van de) straf. De internationale gemeenschap wordt geteisterd door bloedige en angstaanjagende terroristische aanslagen. Deze aanslagen worden gepleegd vanuit een intolerante religieuze ideologie, waarbij wordt geprobeerd het eigen gelijk op gewelddadige wijze aan anderen op te leggen en waarbij de bevolking veelal slachtoffer is en ernstige vrees wordt aangejaagd. De verdachte en de medeverdachten wilden zowel de burgerbevolking als de politie in Nederland treffen met een bloedige aanslag waarbij grote aantallen onschuldige personen het slachtoffer zouden moeten worden. Dankzij tijdig ingrijpen van de Nederlandse overheidsdiensten hebben zij hun plannen niet kunnen uitvoeren.
De rechtbank heeft bij het bepalen van de hoogte van de gevangenisstraf gekeken naar de wettelijke strafmaxima, de ernst van de bewezenverklaarde feiten, de aard van de strafbaarstellingen, het belang dat de Nederlandse maatschappij gedurende een lange periode wordt beschermd en naar preventie.
Alles afwegende heeft de rechtbank geen enkele reden af te wijken van de eis van de officieren van justitie en is een gevangenisstraf voor de duur van achttien jaar passend. Ook wegen mee de onoprechtheid van de verdachte in zijn spijtbetuigingen en de onaannemelijkheid van de door hem gestelde deradicalisering, zoals omschreven in de PBC- en reclasseringsrapporten. Onderzoekers adviseren daarnaast om het ten laste gelegde volledig aan de verdachte toe te rekenen.
De beïnvloeding door de AIVD na aanvang van het opsporingsonderzoek heeft een strafvermindering van één jaar gevangenisstraf tot gevolg.
De rechtbank legt daarnaast een maatregel op die het mogelijk maakt om de verdachte aansluitend op zijn gevangenisstraf onder toezicht te stellen. Die maatregel is nodig om de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid te beschermen. De verdachte lijkt immers nog steeds een gewelddadige, salafistische ideologie aan te hangen, waardoor het risico op herhaling hoog is. Alles afwegend acht de rechtbank een gevangenisstraf van 17 jaar en de maatregel passend en geboden. Aan de vijf medeverdachten zijn straffen van 10 tot 13 jaar opgelegd.
Zie ook:
Terrorismezaak Orem