De mannen krijgen de gevangenisstraf opgelegd, omdat zij een eerdere rechterlijke uitspraak (ECLI:NL:HR:2014:948) niet respecteren. De rechtbank kan en wil het schokkende, verwerpelijke en sociaal onwenselijke karakter van het door de verdachte geopenbaarde en gepropageerde gedachtegoed niet bagatelliseren. Wel merkt zij op dat dat gedachtegoed niet gelijk kan worden gesteld met kindermisbruik of het aanzetten daartoe. Dat hiervan sprake was of zou zijn geweest, is in de procedure die heeft geleid tot de verbodenverklaring van de vereniging Martijn ook niet naar voren gekomen. De verdachten zijn ook nooit veroordeeld voor zedenfeiten (of enig ander feit).
Het verschil in de duur van de gevangenisstraf is lager, omdat de bijdrage van de 43-jarige verdachte aan de strafbare deelneming van beperkter omvang is dan de bijdrage van de 49-jarige verdachte.