Hassan (34) en Stanley (23)* verschijnen gelijktijdig voor politierechter Montijn. Ze hebben dezelfde advocaat, wel zo gemakkelijk. De politierechter toont de inmiddels beruchte foto op een videoscherm. ‘Bent u 1 van die personen achter die doeken?’, vraagt de rechter aan Hassan. ‘Niet dat ik weet’, antwoordt hij. De politie denkt van wel. Dat zou vooral blijken uit de video-opnames uit Tirana. De politie heeft op de beelden een man omcirkeld. Dat zou Hassan zijn (NN3 in het politiedossier), te herkennen aan tattoos op zijn linkerbeen, op zijn rug en op zijn linker- en rechterarm. ‘Bent u dit?’, vraagt de politierechter. ‘Ik denk het wel’, zegt Hassan nu. ‘Ik was dronken, ik drink normaal niet, en ik wist niet wat er op die doeken stond.’ Als hij dat wél had geweten, dan had-ie, zegt Hassan tegen de rechter, het spandoek niet omhoog hebben gehouden. Dat hij zijn gezicht had bedekt, betekent niet dat hij wél wist wat-ie deed. ‘Dat deed ik omdat het stoer is.’