De Belastingdienst heeft verder inkomstenbelasting met boeten nagevorderd van de directeur over de jaren 2014 tot en met 2017. Voor het jaar 2014 is de Belastingdienst volgens de rechtbank te laat geweest met het opleggen van de belastingaanslag en een boete. Die zijn dan ook vernietigd. Voor de jaren 2015 tot en met 2017 acht de rechtbank bewezen dat de zwarte omzet buiten de boeken om direct ten goede is gekomen aan de directeur die tevens enig aandeelhouder is van het bedrijf. Dit had door hem moeten worden aangegeven als inkomen. Dat is niet gebeurd en daardoor is te weinig inkomstenbelasting betaald. De inspecteur mocht die inkomstenbelasting navorderen met boeten. De volgende boeten zijn gehandhaafd voor de directeur:
Boete inkomstenbelasting 2015 - €40.000
Boete inkomstenbelasting 2016 - €40.000
Boete inkomstenbelasting 2017 - €40.000
Bij de ex-echtgenote is ook de navorderingsaanslag inkomstenbelasting over 2014 vernietigd. Omdat de directeur en de ex-echtgenote in 2015 tot en met 2017 nog getrouwd en dus fiscale partners waren, is de helft van de uitgedeelde zwarte omzet aan haar toegerekend. Volgens de rechtbank zijn daarom terecht belastingaanslagen opgelegd over die jaren. De rechtbank is van oordeel dat niet overtuigend is bewezen dat de ex-vrouw zelf bewust onjuist aangifte inkomstenbelasting heeft gedaan. Dat is wel nodig om een boete op te kunnen leggen. De boeten die zijn opgelegd aan de ex-vrouw zijn daarom vernietigd.