Het gebeurde in de nacht van 30 januari 2024. Volgens de rechtbank staat vast dat het slachtoffer is meegenomen naar een jeugdhonk in Oosterhout, waar de verdachte haar onderuit trok, deels ontkleedde, mishandelde en verkrachtte in het bijzijn van meerdere getuigen. De andere verdachte was hierbij aanwezig, maar uit het dossier is niet gebleken dat hij het slachtoffer heeft verkracht. Deze verdachte is vrijgesproken. 

Een verkrachting roept gevoelens van afschuw en verontwaardiging op in de samenleving en gevoelens van onveiligheid in het bijzonder bij vrouwen. De rechtbank rekent het de vandaag veroordeelde jongen aan dat hij zich enkel heeft bekommerd om de bevrediging van zijn eigen lustgevoelens. De omstandigheden waaronder de verkrachting plaats heeft gevonden, zoals de bijzonder vernederende setting en het gebruikte geweld, heeft de rechtbank strafverzwarend meegewogen. 

Omdat de jongen destijds minderjarig was, heeft de rechtbank het jeugdstrafrecht toegepast. Het jeugdstrafrecht richt zich meer op opvoeding en ontwikkeling van verdachten, terwijl het volwassenstrafrecht meer is gericht op bestraffing en vergelding. Daarom zijn jeugdstraffen vaak wat lager en gericht op het voorkomen van herhaling. De rechtbank heeft daarom een deels voorwaardelijke straf opgelegd met een proeftijd van 2 jaar. Wel legt de rechtbank een langere onvoorwaardelijke jeugddetentie op dan door de officier van justitie was geëist. Aan het voorwaardelijke deel van de jeugddetentie zijn bijzondere voorwaarden gekoppeld, zoals begeleiding door de jeugdreclassering, het meewerken aan een behandeling gericht op alcoholgebruik en een passende dagbesteding.