Het Openbaar Ministerie eiste celstraffen van twee tot acht jaar. De officier van justitie ging namelijk uit van diefstal met vuurwapengeweld waardoor het slachtoffer overleed. De rechtbank denkt daar anders over. Zij concludeert dat niet kan worden vastgesteld wie de dodelijke kogel afvuurde. Het is zelfs goed mogelijk dat dit de inmiddels zelf overleden N.J. was. Het plan was om in de woning in te breken en hennep te stelen waarbij verdachten ervan uitgingen dat er op dat moment niemand thuis zou zijn. De rechtbank kan ook niet vaststellen dat zij wisten dat iemand van hen een wapen mee had genomen. Volgens de rechtbank kunnen zij daarom niet verantwoordelijk worden gehouden voor dit extreme geweld.

Toch benadrukt de rechtbank met klem dat het bij dit soort criminaliteit vaak tot een gewelddadige confrontatie komt. De wereld rondom het kweken van hennep is illegaal en grimmig. Er gaat veel geld in om en geweld wordt niet geschuwd. Het stelen van hennep brengt daardoor de nodige risico’s met zich mee. Die risico’s namen verdachten voor lief door met de groep op pad te gaan om hennep te stelen. Deze poging tot woninginbraak valt daardoor niet te vergelijken met andere woninginbraken. Het gaat hier om diefstal in het criminele circuit en in georganiseerd verband. De rechtbank neemt dat de verdachten bijzonder kwalijk.

Tijdens de uitspraak gaf de rechtbank ook aan zich te realiseren dat het zwaar moet zijn voor de nabestaanden dat vele vragen vermoedelijk voor altijd onbeantwoord zullen blijven en dat de uitkomst voor hen moeilijk te accepteren zal zijn. De schietpartij betreft immers een buitengewoon ingrijpende gebeurtenis. Tegelijkertijd vraagt de beoordeling daarvan om een uiterst zorgvuldige afweging. Juist doordat niet kan worden vastgesteld hoe alles die avond en nacht precies is verlopen, spreekt de rechtbank verdachten vrij van het dodelijke vuurwapengeweld.