De opdrachtgever benaderde een van de minderjarige jongens via Snapchat met de vraag of hij voor 5.000 euro een klus uit wilde voeren. Samen met de medeverdachte reisde de jongen af naar Amsterdam om voor deze klus een vuurwapen op te halen. Onderweg terug naar Tilburg kregen zij van de opdrachtgever te horen wat ze moesten doen: drie keer schieten op coffeeshop Caza. De jongens zijn diezelfde avond nog langs de coffeeshop gegaan, maar hebben de klus toen niet uitgevoerd omdat er beveiliging stond. De volgende dag gingen zij terug en heeft een van de jongens op de coffeeshop geschoten. De andere jongen heeft hiervan een filmpje gemaakt en dit filmpje is naar de opdrachtgever gestuurd.
Er is één keer geschoten, daarna haperde het vuurwapen. Er mag van geluk gesproken worden dat er niemand in het pand aanwezig was en er niemand gewond is geraakt. Dat het schieten waarschijnlijk als bewijs moest worden gefilmd, doet vermoeden dat het te maken heeft met georganiseerde criminaliteit en dat het was bedoeld om anderen te intimideren en te bedreigen. Daar komt bij dat het niet de eerste keer is dat er een aanslag op deze coffeeshop is gepleegd. Voor de eigenaar en de omwonenden van het pand moet dit enorm onveilig voelen.