Laden...

Jan van der Groen

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechters > Bijzondere rechters > Jan van der Groen

‘Deze verdachten doorgronden is moeilijk’

Jihadstrijders die terugkomen uit Syrië, mannen die met kalasjnikovs en bommen een grote aanslag willen plegen, rechter Jan van der Groen komt ze allemaal tegen in zijn rechtszaal. Hij maakt deel uit van het terrorismecluster van de rechtbank Rotterdam, dat in dit soort zaken is gespecialiseerd. Als terrorismerechter verschijnt Van der Groen geregeld in de media en wordt hij soms op straat herkend. ‘De reacties zijn meestal positief.’

Terrorismeverdachten zijn minder positief. ‘Een man die verdacht werd van het voorbereiden van een terroristisch misdrijf kwam eens luid mopperend de extra beveiligde zittingszaal binnen’, vertelt hij. ‘Andere gedetineerden hadden hem gewaarschuwd: “Als je bij de rechtbank maar niet die kale krijgt.” Toen hij mij zag, zonk de moed hem in de schoenen.’

Is hij dan zo’n strenge rechter? ‘Ik kan stevige straffen opleggen, dat klopt. De strafmaat voor terrorismezaken is ook hoger dan voor andere misdrijven. Deze man kreeg 4 jaar cel en was het daar niet mee eens. In hoger beroep werd zijn straf verdubbeld.’ Hij legt ook geregeld een deels voorwaardelijke straf op, om verdachten mee te laten doen aan een de-radicaliseringstraining van de reclassering.

Jan van der Groen

Specialist

Binnen de rechtspraak geldt Van der Groen – die ook rechtszaken over zware georganiseerde misdaad behandelt – als specialist op het gebied van terrorisme. ’Het gaat er daarbij om de bevolking vrees aan te jagen door geweld of dreiging met geweld en staatsrechtelijke structuren omver te werpen.’ Hij werd in 2015 gevraagd een speciaal terrorismecluster op te zetten, na de aanslag op het Franse satirische weekblad Charlie Hebdo. De Nederlandse rechtspraak wilde beter voorbereid zijn op terrorismezaken. Rotterdam heeft een beveiligde zittingszaal en Van der Groen had al de nodige ervaring; hij behandelde zaken over trainingen voor terroristische misdrijven en tegen de Hofstadgroep. De twintig rechters en secretarissen van het terrorismecluster kregen bijscholing. Nu worden grote terrorismezaken meestal behandeld in Rotterdam. Publiek is welkom, mits de coronamaatregelen dat toelaten.

 

Verschillende culturen

‘Kennis van verschillende culturen en religieuze aspecten is belangrijk om dit werk goed te kunnen doen’, zegt Van der Groen. ‘Maar ook al heb je die bagage, het blijft lastig om een goed beeld te krijgen van wat de verdachte beweegt. Bij terroristen met een islamitische achtergrond kom je in aanraking met een andere kijk op de samenleving. Bovendien beroepen ze zich vaak op hun zwijgrecht. Ik heb zelden een terrorismeverdachte horen bekennen dat hij een aanslag had willen plegen.’ De laatste tijd gaat ook aandacht uit naar terrorisme uit bijvoorbeeld rechts- of links-extremistische hoek. ‘Die mensen hebben weer heel andere motieven. Het is nuttig als de kennis over deze stromingen binnen de rechtspraak wordt uitgebreid.’

 

Van elkaar leren

Het Rotterdamse cluster onderhoudt ook contacten met rechters in het buitenland, om van elkaars ervaringen te leren. ‘De Duitsers zijn organisatorisch en logistiek goed toegerust door hun ervaring met binnenlands terrorisme. Zij plaatsen deze verdachten niet bij elkaar, zoals bij ons in de extra beveiligde inrichting in Vught, maar verspreiden ze juist over reguliere gevangenissen om te voorkomen dat ze elkaar beïnvloeden. Rechters in Afrika en het Midden-Oosten waar wij contact mee onderhouden, zijn juist minder goed toegerust.’

Nederlandse rechters hebben ook bevoegdheden voor zaken die zich afspelen buiten onze landsgrenzen. In Syrië bijvoorbeeld. ’In het begin ging het vooral om verdachten die wilden vertrekken om te vechten voor Islamitische Staat, nu juist om terugkeerders na de val van het kalifaat.’

 

Laura H.

Van der Groen behandelde bijvoorbeeld de zaak tegen Laura H. uit Zoetermeer, die terugkeerde uit Syrië. Zij kreeg 24 maanden cel (waarvan 13 voorwaardelijk) wegens voorbereidingshandelingen voor terroristische misdrijven. Ze heeft haar man gefaciliteerd om zich aan te sluiten bij Islamitische Staat, oordeelde de rechtbank.

Ook de zaak tegen 6 mannen die aanslagen voorbereidden in een vakantiehuisje in Weert trok veel media-aandacht. De groep wilde toeslaan met een autobom en elders met kalasjnikovs op festivalgangers schieten. Ze oefenden met granaten en bomvesten in het bijzijn van een undercoveragent. Na 11 zittingsdagen zijn ze veroordeeld tot celstraffen van 10 tot 17 jaar. Een van de verdachten kreeg een jaar strafkorting omdat hij beïnvloed was door de AIVD. ‘Dat wij duiding gaven aan de bemoeienis van de inlichtingendienst was nieuw’, vertelt Van der Groen. De coronabeperkingen maakten het proces organisatorisch lastig, met 6 verdachten, hun advocaten en veel journalisten. ‘Logistiek was het een enorme operatie. Maar het was ondenkbaar om deze grote zaak alleen via beeldschermen te doen.’

 

Altijd benieuwd

In 1990 stapte Van der Groen over naar de rechterlijke macht, nadat hij 10 jaar advocaat was geweest in commerciële en civiele zaken. Strafrecht vindt hij ’veel uitdagender’ dan lange papieren procedures. Het draait om mensen. ‘Aan elke verdachte vraag ik eerst: wat is er gebeurd? Ik ben altijd benieuwd wat zo iemand te vertellen heeft.’