Het ontstaan van de WIM-kamer vloeit voort uit de Verdragen van Genève, waar veel landen bij zijn aangesloten. ‘Zij moeten zoveel mogelijk doen om oorlogsmisdadigers te bestraffen. Nederland vat dat op als een verplichting om die misdadigers zelf te vervolgen. Daarmee kent ons land zichzelf dus internationale rechtsmacht toe, net als bijvoorbeeld België, Duitsland, Frankrijk, Noorwegen en Canada.’
Nederland voelt zich extra verantwoordelijk omdat het Internationaal Strafhof in Den Haag is gevestigd, zegt Koole. Maar waarom is er dan ook nog een WIM-kamer nodig? ‘Het Internationaal Strafhof heeft de handen vol aan hooggeplaatste verdachten, zoals (ex-)presidenten, andere regeringsleiders en hoge militaire leiders. Maar er is een veel grotere groep minder bekende verdachten. Onze Nederlandse capaciteit is broodnodig, en dan nog is het soms een druppel op de gloeiende plaat.’