Er zijn soms schrijnende gevallen, vertelt de rechter. ‘Bijvoorbeeld als kinderen van een verdachte met een andere nationaliteit in de zaal zitten en onze uitspraak is dat hun vader inderdaad wordt overgeleverd. Dan moeten ze afscheid nemen, want vader gaat meteen in detentie en vertrekt binnen 10 dagen naar het buitenland, misschien voor vele jaren. Heel naar, maar als er geen reden is om te weigeren, dan wordt de overlevering toegestaan. De wet kent een aantal vastomlijnde weigeringsgronden, bijvoorbeeld dat niet duidelijk is waarvan iemand precies wordt verdacht of dat schending van mensenrechten dreigt. Verschillende landen hebben gevangenissen waar veel mensen bij elkaar in te kleine cellen zitten, dat houden wij scherp in de gaten. We kunnen dan de garantie vragen dat een verdachte daar niet terechtkomt.’