De Staat eiste een hoger bedrag. Het hof heeft echter rekening gehouden met het feit dat de overheid een actieve en faciliterende rol speelde bij de ontwikkeling van de coffeeshop. Het hof overweegt dat de overheid inkomsten heeft gehad als gevolg van de exploitatie van de coffeeshop, terwijl diezelfde overheid wist of kon weten dat de hoge winsten alleen konden worden behaald doordat de coffeeshop voortdurend de gedoogvoorwaarde over de handelsvoorraad overtrad. Aan de andere kant vindt het hof het maatschappelijk niet aanvaardbaar dat de coffeeshop en de directeur al het door hen met strafbare feiten verdiende geld zou mogen behouden. Het te betalen bedrag is bijna de helft van de winst die de coffeeshop in de periode van 2006 tot en met 2008 behaalde.