Op 4 november 2020 was de zitting in hoger beroep. Het hof gaat uit van het vermoeden dat het letsel aan de mond is ontstaan in de periode dat het paard was gestald bij de manege. Het letsel staat voor het hof op grond van een in hoger beroep uitgebracht deskundigenrapport vast, maar het is onvoldoende duidelijk geworden dat er (blijvende) klinische klachten zijn als gevolg van dat mondletsel. De waardevermindering die de eigenaresse heeft gevorderd omdat het paard niet meer aan dressuurwedstrijden kan meedoen, komt daarom niet voor vergoeding in aanmerking.