Op 15 januari 2014 vond er op de Kennedybaan in Lithoijen een achtervolging plaats waarbij met een machinegeweer en een automatisch pistool schoten werden gelost. Er waren 3 wagens betrokken bij de achtervolging: een Volkswagen, een BMW en een Audi. Vanuit de Volkswagen werd meerdere keren op de BMW geschoten terwijl de Audi de BMW van de weg probeerde te drukken. De achtervolging vond plaats in de ochtend, terwijl mensen onderweg waren naar school of werk.

Het hof vindt bewezen dat beide mannen in de Volkswagen zaten toen het incident plaatsvond. Wie de auto bestuurde en wie er schoot, is voor de bewezenverklaring en de strafbepaling niet relevant. De verdachten hebben allebei een even grote rol in het delict. Het feit dat ze samen op de vlucht sloegen, ziet het hof als extra aanwijzing voor een nauwe samenwerking tussen de mannen.

Het hof komt tot een hogere straf dan het Openbaar Ministerie, dat voor beide verdachten een gevangenisstraf van 6 jaar en 6 maanden eiste. Dat heeft te maken met een aantal overwegingen. Door de achtervolging, de schotenwisseling en de daaropvolgende vlucht voor de politie op het vroege tijdstip ontstonden er onaanvaardbare risico’s voor andere weggebruikers, waaronder schoolgaande kinderen. Bovendien gebruikten de mannen zeer zware wapens. Slechts door toeval zijn er geen slachtoffers en is er alleen materiële schade. Een incident als dit werkt angst en gevoelens van onveiligheid in de hand en wordt door de samenleving als zeer schokkend ervaren. Dit alles maakt dat het hof een hogere straf oplegt.