De precieze aanleiding voor de moord blijft onduidelijk. De verdachte heeft hierover verschillende verklaringen afgelegd, maar diverse getuigen hebben verklaard dat het zou gaan om een schuld die de verdachte had aan de financier van een hennepplantage. Het slachtoffer was de tussenpersoon tussen de verdachte en de financier van die plantage.
De verdachte heeft op de zitting verklaard dat er tijdens de nachtelijke wandeling met het latere slachtoffer een heftige discussie is ontstaan. De verdachte zou het slachtoffer daardoor in een opwelling hebben gedood en niet na een vooropgezet plan, maar het hof vindt dit niet aannemelijk. Het hof verwijst onder andere naar de camerabeelden van het winkelcentrum, die tonen dat beide mannen tot vlak voor het lossen van de schoten ontspannen en rustig naast elkaar liepen. Ook wijst het hof hierbij op de verklaring van de verdachte dat hij nog even wachtte met schieten omdat hij ter plaatse een camera zag.