Het hof noemt het gedrag van de beide mannen volstrekt onacceptabel. Hun gedrag dient uit het oogpunt van generale preventie en vergelding te worden bestraft, zodat de samenleving daartegen wordt beschermd. Het hof vindt dat de politierechter met de eerder opgelegde straffen onvoldoende recht heeft gedaan aan de ernst van de feiten. Van de door de politierechter opgelegde straffen gaat volgens het hof ook onvoldoende een afschrikwekkend effect uit naar potentiële opruiers.
Het hof is van oordeel dat voor gevallen van opruiing – zoals hier aan de orde – indien alleen wordt opgeruid tot een strafbaar feit in beginsel een gevangenisstraf voor de duur van 1 tot 3 maanden op zijn plaats is. Indien sprake is van opruiing, uitsluitend tot gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag, vindt het hof in beginsel een gevangenisstraf van 3 tot 6 maanden passend.