Zowel in eerste aanleg als in hoger beroep schetste de man een alternatief scenario. Volgens de man zou juist de vrouw het pistool op hem hebben gericht en wilde hij het pistool van haar afpakken. In de worsteling die vervolgens ontstond zou het wapen per ongeluk zijn afgegaan. Daarnaast zou hij de hulpdiensten pas na een uur hebben ingelicht omdat hij in shock verkeerde en niet helder kon nadenken.
Het hof gelooft de verklaring van de verdachte dat sprake was van een noodlottig ongeval en dat hij in shock verkeerde echter niet. Voor het hof is wettig en overtuigend komen vast te staan dat de man het slachtoffer opzettelijk met twee schoten van het leven heeft beroofd en dat hij daarbij heeft gehandeld na kalm beraad en rustig overleg. Daarmee is sprake van moord.