De raadsheer werkt sinds juli 2018 bij de rechterlijke macht, daarvoor was hij advocaat. In die functie heeft hij nog tot zeer kort voor zijn rechtersbenoeming iemand bijgestaan die in de zaak Jos B. als getuige is gehoord. Hoewel er momenteel vanzelfsprekend geen werkrelatie meer bestaat tussen de raadsheer en de getuige, zou deze situatie de schijn van partijdigheid kunnen wekken. Daarom heeft de raadsheer een verschoningsverzoek ingediend. De zogenoemde verschoningskamer heeft nu beslist dat dit verzoek wordt toegewezen.