Op 1 maart 2014 sloeg de verdachte op de vlucht na een opstootje tussen hem en het latere slachtoffer, dat hem die avond geslagen had. De verdachte vluchtte het halletje van een café in en pakte een mes uit zijn zak. Toen hij zich omdraaide zag hij de jongen voor zich staan. Toen de jongen naar de verdachte sloeg, stak de verdachte hem met het mes. De jongen overleed later aan zijn verwondingen in het ziekenhuis. Uit onderzoek bleek later dat de verdachte eerder werd getreiterd, ook door het slachtoffer.

De verdachte deed een beroep op noodweer. Dat werd eerder door het hof afgewezen. Volgens het hof had de verdachte namelijk ook door kunnen lopen. In plaats daarvan ging hij de confrontatie aan en stak hij de jongen met het mes.

De verdachte ging na de uitspraak van het hof in cassatie. In april 2018 bepaalde de Hoge Raad dat de zaak opnieuw moest worden gedaan. De reden daarvoor was dat het hof het beroep op noodweer op ontoereikende gronden had verworpen. Het hof vond dat uit de verklaring van de verdachte bleek dat hij de confrontatie uit de weg had kunnen gaan. Die motivering was volgens de Hoge Raad niet voldoende.

Het hof heeft opnieuw gekeken naar het beroep op noodweer. Dat werd wederom verworpen, omdat het steken met het mes niet in verhouding staat tot de klappen die de verdachte van het slachtoffer kreeg. Het hof heeft ook het beroep op noodweerexces opnieuw beoordeeld. Er moest worden vastgesteld of het besluit om het slachtoffer te steken te wijten valt aan hevige (angst)emoties, die waren ontstaan door de aanval. Het hof vindt het aannemelijk dat die emoties ervoor zorgden dat de verdachte het slachtoffer met een mes heeft gestoken. De verdachte werd namelijk meerdere keren met fysiek geweld van het slachtoffer geconfronteerd. De achtervolging zorgde ervoor dat de verdachte geen andere uitweg meer zag dan het mes te gebruiken om zichzelf te redden.

Nu het hof vindt dat er sprake was van noodweerexces, wordt de verdachte ontslagen van alle rechtsvervolging. De schadevergoeding die door de nabestaanden was geëist, komt hierdoor te vervallen. Zijn gevangenisstraf heeft hij al uitgezeten.