De man heeft zich hiermee schuldig gemaakt aan doodslag, zes pogingen tot doodslag en aan wapenbezit. De verdediging stelde dat de man uit zelfverdediging handelde en daarom geen straf zou moeten krijgen. Hier gaat de rechtbank niet in mee. Het feit dat de man voorafgaand aan het schietincident door jongens uit de groep werd mishandeld, rechtvaardigt op geen enkele manier de wijze waarop hij heeft gehandeld; de man koos voor eigenrichting door met het vuurwapen, dat hij al eerder bij zich had gestoken, op de ongewapende jongens te schieten. Dit acht de rechtbank niet proportioneel. De man had in het uiterste geval ook ‘slechts’ met het wapen kunnen dreigen of er desnoods mee in de lucht kunnen schieten om de jongens af te schrikken.