Brunner: 'Ik liep al een tijdje rond met het gevoel dat het eigenlijk jammer is dat rechters, officieren en advocaten elkaar niet vertellen wat zij vinden van elkaars optredens. We zijn allemaal professionals die op zo hoog mogelijk niveau hun vak willen uitoefenen. In de regel vinden we het leuk om over ons werk te praten. Als we wél met elkaar in gesprek zouden gaan, zouden we elkaar wellicht tips kunnen geven. Dat zou de kwaliteit van volgende rechtszaken alleen maar ten goede komen, was mijn gedachte.'
Om de gelegenheid te scheppen met elkaar in gesprek te kunnen komen, polsten Brunner en zijn collega Chantal Meewisse de balie (beroepsvereniging van advocaten) en het parket (Openbaar Ministerie). Wat vonden zij van dit plan? Zij vonden het een goed idee. Strikt uitgangspunt: er wordt niet op inhoudelijke kwesties ingegaan - daarvoor is de rechtszaak zelf en eventueel het hoger beroep.
Brunner: 'De feedback gaat over praktische dingen en de bejegening van elkaar. Zoals: was de geplande zittingsduur realistisch, was het requisitoir (voordracht officier, red.) begrijpelijk, was het pleidooi van de advocaat te volgen, werd er voldoende hoffelijk met de verdachte en andere aanwezigen om gegaan, kregen alle partijen van de rechters genoeg tijd om hun zienswijze naar voren te brengen, was de duur van de zitting in orde of duurde het te lang?'