Laden...

Het oordeel van de rechter

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Amsterdam > Nieuws > Het oordeel van de rechter
Amsterdam, 11 januari 2021

De rechtbank Amsterdam doet ongeveer 140.000 uitspraken per jaar.
Deze week hebben we 8 van de belangrijkste en meest opvallende zaken per rechtsgebied geselecteerd.

Straf - Celstraf voor voorbereiding handel in cocaïne en bezit ervan

5 januari - Een 43-jarige man is veroordeeld tot 22 maanden gevangenisstraf waarvan 4 maanden voorwaardelijk omdat hij op 25 september 2020 samen met een vrouw 5 kilo cocaïne in zijn bezit had. De drugs bevonden zich in zijn woning. Bovendien is hij veroordeeld voor het bezit van onder meer een geldtelmachine, een sealapparaat en sealbags, waarvan hij wist of moest vermoeden dat die bestemd waren om de Opiumwet te overtreden. De deels voorwaardelijke gevangenisstraf dient als stok achter de deur om hem ervan te weerhouden opnieuw de fout in te gaan.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:8

Straf - Celstraf voor steken zoon en vernielen ramen van ex

5 januari - Een 52-jarige man is veroordeeld tot 7 maanden gevangenisstraf omdat hij op 25 juni 2020 zijn zoon met een mes stak en ramen in de woning van zijn ex-vrouw vernielde. Uit de slachtofferverklaring blijkt dat zijn daden veel impact hebben gehad. De littekens herinneren de zoon er steeds aan dat zijn vader hem aanviel. Zijn ex die die erbij aanwezig was, heeft last van paniekaanvallen en slaapproblemen. Hij mag van geluk spreken dat zijn zoon geen ernstiger, blijvend, letsel heeft opgelopen. Uit het reclasseringsrapport blijkt dat hij problemen heeft met alcohol en om zijn agressie te reguleren. Omdat hij niet meewerkte en geen verantwoordelijkheid nam voor zijn daden ziet de rechtbank er niets in om een deels voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden op te leggen. Naast de gevangenisstraf moet hij 30 euro schadevergoeding betalen voor het schoonmaken van de woning.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:9

Straf - Celstraf en rijontzegging voor inrijden op politieagenten

6 januari - Een 30-jarige man is veroordeeld tot 15 maanden gevangenisstraf en een rijontzegging. Op 11 september 2020 reed hij namelijk in Amsterdam opzettelijk in op een politieauto waar hij eerder per ongeluk tegenaan was gereden terwijl hij onder invloed was van cocaïne. Daarmee maakte hij zich schuldig aan poging tot zware mishandeling van de agenten in die auto en vernieling van dat voertuig. Op zijn vlucht vernielde hij ook een politiemotor. Voor het op de politie inrijden krijgt hij een rijontzegging van 24 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk en voor rijden onder invloed een rijontzegging van 6 maanden. In de straf weegt verzwarend mee dat hij inreed op politiemensen die hun werk deden. Naast de gevangenisstraf en rijontzegging moet hij 2.700 euro schadevergoeding betalen.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:12

Bestuur - Politieagent die privé systemen raadpleegde terecht ontslagen

24 december - De politie mocht een politieagent ontslaan wegens het veelvuldig raadplegen van de politiesystemen voor privédoeleinden en het delen van deze informatie met derden. Dat heeft de rechtbank bepaald. Tegen de agent was onderzoek ingesteld nadat hij een ontmoeting had met een verdacht persoon en omdat was  gebleken dat zijn zoon banden had met een crimineel netwerk. Naar het oordeel van de rechtbank mocht de agent worden ontslagen vanwege het misbruik van zijn toegang tot de politiesystemen. Dat de agent een lange staat van dienst had en er veel waardering bestond voor zijn functioneren en zijn persoon, maakt niet dat het ontslag onevenredig is. Aan politieambtenaren mogen namelijk hoge eisen van integriteit en betrouwbaarheid worden gesteld. De samenleving moet erop kunnen vertrouwen dat de politie uitsluitend op grond van een voor professionele wettelijke basis doeleinden gebruik maakt van de vertrouwelijke gegevens waarover zij de beschikking heeft.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2020:6799

Kanton - Hoge Raad om raad gevraagd in consumentenzaken

 21 december - De kantonrechter wil van de Hoge Raad weten welke sanctie moet volgen wanneer een partij de consument niet alle informatie verschaft die noodzakelijk is. In dit geval draait het om een zaak waarin energiebedrijf Essent achterstallige betalingen van een klant vordert. Op basis van Europese regels moet de rechter in dit soort consumentenzaken actief nagaan of de handelaar bij het sluiten van een overeenkomst heeft voldaan aan bepaalde informatieverplichtingen. Het gaat dan bijvoorbeeld om informatie over de prijs, de duur van de overeenkomst en of de consument deze kan ontbinden.
Ook moet worden getoetst of de handelaar zich niet schuldig heeft gemaakt aan oneerlijke handelspraktijken of dat in de algemene voorwaarden oneerlijke bepalingen staan. Deze toets geldt ook in verstekzaken. In deze zaak heeft Essent volgens de kantonrechter vooraf niet alle noodzakelijke informatie verstrekt. De Europese richtlijn zegt wel dat in zo’n geval een sanctie moet volgen, maar niet duidelijk is hoe moet worden bestraft. Deze vraag is daarom voorgelegd aan de Hoge Raad. Landelijk spelen er duizenden van dit soort zaken

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2020:6841

Kanton - Huurder in financiële nood krijgt bankgarantie niet terug

23 december - Een verhuurder van een bedrijfsruimte hoeft het restant van een aangesproken bankgarantie (van bijna 13.000 euro) niet terug te geven aan de huurder die door de coronacrisis in financiële nood verkeert. De huurder maakte niet aannemelijk dat zij daarover een afspraak hadden gemaakt. Dat heeft de kantonrechter bepaald. Ook in de vaststellingsovereenkomst van de beëindiging van de huurovereenkomst per 30 september 2021 staat daar niets over. Bovendien heeft de verhuurder een groot belang om de bankgarantie te behouden, omdat de servicekosten nog moeten worden afgerekend en het onzeker is hoe de huurder de bedrijfsruimte achterlaat. Het belang van de bankgarantie is alleen maar groter geworden nu de huurder het financieel zwaar heeft en iedere euro hard nodig heeft.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2020:6903

Civiel - Klant trekt aan het langste eind in conflict met aannemer

6 januari - Een klant van een aannemer hoeft niet de complete factuur te betalen. Dat heeft de rechter bepaald in een zaak die door de aannemer was aangespannen. Een deel van de facturen betrof meerwerk, maar volgens de opdrachtgever was niet al dit meerwerk verricht en was er ook helemaal geen opdracht voor gegeven. De rechter gaat hierin deels mee: van een deel van de werkzaamheden is niet komen vast te staan dat de twee partijen die zijn overeengekomen. Daarom hoeft de opdrachtgever slechts ruim 23.000 euro te betalen in plaats van ruim 44.000 euro. De opdrachtgever eiste op zijn beurt een schadevergoeding van de aannemer omdat die een deel van het werk niet goed zou hebben uitgevoerd. Ook op dit punt krijgt hij deels gelijk: de aannemer moet ruim 26.000 euro schadevergoeding betalen.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:23

Civiel - Ontruiming zorgwoning Leger des Heils mag doorgaan

7 januari - Een cliënt van het Leger des Heils moet zijn zorgwoning toch verlaten. Dat heeft de rechter in kort geding beslist. Hij moest de woning volgens een eerder kortgedingvonnis op 8 januari 2021 verlaten. Hij stelde daartegen hoger beroep in en vroeg de uitkomst ervan te mogen afwachten in de woning. Dat kan alleen bij uitzondering en daarvoor ontbreekt nu een reden. Volgens de man stonden er fouten in het eerste vonnis, maar dit klopt niet. De man zat sinds 2014 in het zogenoemde Treitertraject van de gemeente wegens burenoverlast. Hij kreeg zorg van het Leger des Heils, dat hem in dat kader een woning verschafte. Het traject en de zorg werden beëindigd vanwege zijn agressie en zorgweigering. Einde zorg betekent einde woning. Eigenlijk moest hij al in januari 2018 vertrekken, maar hij kreeg nog kansen, die hij  niet greep. Bovendien komt hij niet op straat te staan vanwege de aangeboden noodopvang.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:25

Uitspraken