12 februari - De verkoopster van een woning moet een contractuele boete van 69.000 euro betalen omdat zij de woning niet tijdig aan de koopster leverde. Ze hadden een koopovereenkomst gesloten met een uiterste leveringsdatum, waar de koopster – die samen met haar kinderen dringend op zoek was naar een woning – op had gerekend. De verkoopster had spijt van de verkoop en probeerde de levering uit te stellen, maar de koopster drong aan op nakoming van de overeenkomst. De rechtbank oordeelt dat de verkoopster toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van de koopovereenkomst en dat de koopster hierdoor ernstig in de problemen was gekomen. Daarom is de verkoopster veroordeeld tot die contractuele boete van 69.000 euro. De door koopster geëiste schadevergoeding wordt grotendeels afgewezen, omdat de wet bepaalt dat een boete en schadevergoeding niet samen kunnen worden geëist. Ook de geëiste advocaatkosten – in verband met een eerder door verkoopster gestart kort geding – worden niet toegewezen, omdat niet is gebleken dat sprake was van misbruik van recht.
Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2025:904