Laden...

Het oordeel van de rechter

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Amsterdam > Nieuws > Het oordeel van de rechter
Amsterdam, 15 juli 2019

De rechtbank Amsterdam doet ongeveer 140.000 uitspraken per jaar. Iedere week selecteren we 8 van de belangrijkste en meest opvallende zaken per rechtsgebied.

Straf - Celstraf na gewelddadige pogingen horloges te stelen

10 juli - Een 27-jarige man krijgt 18 maanden gevangenisstraf waarvan 6 maanden voorwaardelijk omdat hij  op 19 augustus vorig jaar samen met anderen probeerde twee diefstallen met geweld te plegen in Amsterdam-Oost. Daarbij is een vuurwapen op de slachtoffers gericht en een van de slachtoffers is getaserd. Sommigen werden onder bedreiging gefouilleerd. De 27-jarige man was kennelijk uit op dure horloges. De rechtbank weegt in de straf mee dat hij al meermaals is veroordeeld voor vermogensdelicten en recentelijk vrijkwam. Dit weerhield hem er niet van weer strafbare feiten te plegen. Een van de bijzondere voorwaarden is daarom dat hij onder elektronisch toezicht komt te staan. Ook geldt een proeftijd van 3 jaar.  

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2019:4968

Straf - Gedetineerde langer vast na ontsnappingspoging met helikopter

12 juli - Een 35-jarige gedetineerde heeft zijn kans op een voorwaardelijke invrijheidstelling (v.i.) verspeeld door mee te werken aan het plan om met behulp van een helikopter te ontsnappen uit de penitentiaire inrichting Roermond. Dat heeft de rechter geoordeeld nadat het Openbaar Ministerie daarom had gevraagd. De man zat sinds 2013 vast voor meerdere misdrijven. Op 4 oktober 2017 was een groep mannen van plan een helikopter te kapen om daarmee de gedetineerde op te pikken vanaf de luchtplaats van de gevangenis. Het plan werd door de politie verijdeld. De man zou in augustus 2021 in aanmerking komen voor voorwaardelijke invrijheidstelling, maar dat gaat dus niet door. De rechter oordeelt dat hij nu zijn volledige straf moet uitzitten. Daarmee komen er vanaf de v.i.-datum in augustus 2021 nog eens 1555 dagen gevangenisstraf bij.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2019:5010

Bestuur - Overlast typisch nachtcafé opnieuw onder de loep

9 juli - De gemeente Amsterdam moet opnieuw onderzoek doen naar mogelijke geluidoverlast door bezoekers van een nachtclub in het centrum. Dat heeft de rechtbank geoordeeld. Na het uitvoeren van een paar controles had de gemeente het handhavingsverzoek van een buurtbewoner afgewezen, omdat er – volgens de gemeente – geen sprake was van een overtreding. De gemeente controleerde echter geen enkele keer na sluitingstijd van de andere cafés in de buurt en ook nooit rond sluitingstijd van de club. De rechtbank stelt vast dat de club een typisch nachtcafé is, dat langer open is dan de cafés in de buurt. Hierdoor is te verwachten dat juist de overlast door bezoekers vanaf de sluitingstijd van de andere cafés tot de sluitingstijd van de club, het grootst is. Ook leert de ervaring dat overlast van cafébezoekers het grootst is rond sluitingstijd. Daarom moet de gemeente in zijn nieuwe onderzoek ook uitdrukkelijk de periode rond sluitingstijd betrekken.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2019:4847

Bestuur - Spugende asielzoeker is lang genoeg gestraft

11 juli - Een Iraanse asielzoeker die een medewerker van een asielzoekerscentrum heeft uitgescholden en bespuugd, hoeft niet langer in een opvanglocatie met een streng regime te verblijven. Dat heeft de rechtbank bepaald. Het COA (Centraal Orgaan opvang asielzoekers) kan overlastgevende asielzoekers plaatsen in een Extra Begeleidings- en Toezichtlocatie (EBTL). Daar hebben zij minder bewegingsvrijheid dan in een regulier asielzoekerscentrum. Ook krijgen zij geen weekgeld en moeten ze een intensief dagprogramma volgen. Plaatsing in een EBTL is bedoeld als strafmaatregel en om een gedragsverandering te bewerkstelligen. De rechtbank oordeelt dat de Iraniër na vier weken EBTL voldoende straf heeft gehad voor het eenmalige incident. Hij toont inzicht in zijn fout. Daarnaast verwacht de rechtbank niet dat een langer verblijf in de EBTL tot gedragsverandering leidt, omdat de man meer baat lijkt te hebben bij (medische) begeleiding en hulp dan bij een strafmaatregel.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBDHA:2019:6900

Kanton - Hennepplantage: huurder moet standplaats verlaten

5 juli - Een man moet binnen 2 maanden zijn woonwagenstandplaats in Nieuw-West ontruimen. De gemeente mocht volgens de kantonrechter de huurovereenkomst voor de standplaats ontbinden nadat de politie in de woonwagen een hennepplantage van bijna 2000 planten aantrof. Het argument van de huurder – dat hij zelf niet in de woonwagen woonde en dat iemand anders de plantage dus heeft aangelegd – doet daar niet aan af, oordeelt de kantonrechter. Als goed huurder van de standplaats had hij moeten regelen dat iemand zijn woonwagen in de gaten hield tijdens zijn afwezigheid. Zijn argument dat het 100.000 euro kost om de woonwagen met een oppervlakte van 300 m2 te verplaatsen, slaagt ook niet. Sterker: de waarde van de woonwagen van 400.000 euro had voor de huurder juist een extra reden moeten zijn deze bij afwezigheid te laten inspecteren.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2019:4965

Kanton - Beveiligingsbedrijf moet bewezen werkuren betalen

9 juli - Een beveiligingsbedrijf moet een beveiliger die als zelfstandige in opdracht van dat bedrijf bij een Kruidvatfiliaal werkte, alsnog ruim 1300 euro betalen. Voor dat bedrag kon hij namelijk werkbriefjes overleggen die bewijzen dat hij daar toen heeft gewerkt. Dat heeft de kantonrechter bepaald. Het beveiligingsbedrijf weigerde ruim 2600 euro aan facturen te betalen omdat de beveiliger niet alle gefactureerde uren zou hebben gewerkt. Hoewel de helft van de facturen nu dus alsnog moeten worden betaald, geldt dat niet voor de andere helft daarvan. Die uren kon de beveiliger namelijk niet met werkbriefjes onderbouwen aangezien hij die niet had bewaard. Dat hij tijdens die dagen in het Kruidvatfiliaal in Amsterdam-Zuidoost op diverse tijdstippen heeft gepind, bewijst onvoldoende dat hij daar toen als beveiliger werkte. In de overeenkomst van opdracht met het beveiligingsbedrijf stond bovendien dat de beveiliger zou factureren op basis van werkbriefjes.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2019:4803

Civiel - Zonder vergunning laten werken: wie draait op voor de boete?

5 juli - Het schoonmaakbedrijf dat de kamers van een hotel op IJburg schoonmaakte, draait op voor de boete die het hotel kreeg van de arbeidsinspectie. Zo heeft de kantonrechter beslist. Het hotel dacht de afspraken voor het schoonmaken van haar hotelkamers goed te hebben geregeld. Bij een inspectie in het kader van de Wet arbeid vreemdelingen trof de Inspectie SZW echter een illegale schoonmaker aan. De Inspectie legde het hotel een boete van (uiteindelijk) 8.000 euro op. Het hotel probeerde bij de rechter de boete te verhalen op twee verschillende schoonmaakbedrijven met wie zij volgens haar zaken deed. De kantonrechter oordeelt echter dat het hotel niet kan aantonen met het ene bedrijf een overeenkomst te hebben. Het andere bedrijf verscheen niet op de zitting en voerde dus geen verweer. Zij werd bij verstek veroordeeld de boete aan het hotel te vergoeden.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2019:4962

Civiel - Petit Bateau haalt bakzeil

11 juli - Petit Bateau, producent en verkoper van kleding, moet de inbreuk op het auteursrecht van een Nederlandse beeldend kunstenaar staken. Zo heeft de voorzieningenrechter geoordeeld. Het kledingbedrijf kwam in het voorjaar van 2019 met een kledingcollectie bedrukt met een bloemenprint. De voorzieningenrechter oordeelt dat de kunstenaar als maker van die specifieke bloemenprint moet worden aangemerkt en niet het ontwerpduo dat met Petit Bateau samenwerkt. Omdat de kunstenaar geen toestemming had gegeven voor het gebruik van zijn ontwerp, moet Petit Bateau stoppen met de inbreuk in Nederland en Frankrijk. Ook moet zij alle in voorraad zijnde kleding met die bloemenprint en al het daarop betrekking hebbende promotiemateriaal in Nederland en Frankrijk vernietigen. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2019:4963

Uitspraken