Laden...

Het oordeel van de rechter

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Amsterdam > Nieuws > Het oordeel van de rechter
Amsterdam, 15 maart 2021

De rechtbank Amsterdam doet ongeveer 140.000 uitspraken per jaar. Deze week hebben we 8 van de belangrijkste en meest opvallende zaken per rechtsgebied geselecteerd.

Straf - Celstraf voor diefstallen en poging daartoe

10 maart - Een 26-jarige man is veroordeeld tot 15 maanden gevangenisstraf waarvan 6 maanden voorwaardelijk omdat hij op 11 september 2020 in Amsterdam samen met een ander spullen stal uit een woning. Ook brak hij in bij een auto in een parkeergarage en probeerde in te breken bij een op straat geparkeerde auto. Daarnaast beschadigde hij een politiebusje en beledigde agenten. Ook negeerde hij een gebiedsverbod. Hij deed dit alles tussen april en september 2020. In de straf weegt mee dat hij eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten. Hoewel eerdere interventies van de reclassering onsuccesvol waren, legt de rechtbank bijzondere voorwaarden op om hem te begeleiden zijn leven te veranderen nu zijn kind is geboren. Zo moet hij zich laten behandelen en zijn verstandelijke vermogens verder laten onderzoeken.  Naast de gevangenisstraf moet hij 1.100 schadevergoeding betalen. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:993

Straf - Gedwongen abonnementen laten afsluiten bestraft

11 maart - Een 23-jarige man is veroordeeld tot 120 dagen gevangenisstraf waarvan 74 dagen voorwaardelijk en 240 uur taakstraf omdat hij samen met anderen een slachtoffer dure telefoons met abonnementen  liet kopen in oktober 2018. Die telefoons moesten worden afgegeven. Vermoedelijk hebben de 23-jarige man en die anderen ze verkocht. Zij trokken zich niets aan van de schade die zou ontstaan. Het slachtoffer zou immers rekeningen moeten betalen van telefoons die hij niet gebruikte. Daarnaast bezat de 23-jarige man een vuurwapen en had hij 9 gram cocaïne in zijn bezit. Ook legitimeerde hij zich met andermans rijbewijs. In de straf weegt mee dat hij eerder is veroordeeld. Onder meer omdat het om relatief oude feiten gaat, hoeft hij echter nu niet terug naar de gevangenis en legt de rechtbank een forse taakstraf op. Ook moet hij 892 euro schadevergoeding betalen.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:994

Bestuur - Uitkering kwijt na drugshandel

10 maart - Een 29-jarige Amsterdammer moet drie maanden bijstand terugbetalen omdat hij in drugs handelde. Dat heeft de rechtbank geoordeeld. Hoewel de man niet is veroordeeld voor drugshandel vindt de rechtbank dat op grond van verklaringen van de politie toch aannemelijk. De man sprak midden in de nacht toeristen aan terwijl hij een forse hoeveelheid drugs op zak had. Eén getuige zei dat hij net drugs bij de man had gekocht. De rechtbank vindt dit zo op drugshandel lijken dat een aannemelijke verklaring van de man had mogen worden verwacht. Een verdachte in een strafzaak heeft een zwijgrecht, maar wie een bijstandsuitkering ontvangt heeft een inlichtingenplicht, die hij hiermee heeft geschonden.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:992

Bestuur - Wijkverbod op vakantieverhuur ging te ver

12 maart - De gemeente Amsterdam mocht op 30 juni 2020 niet drie wijken in de grachtengordel en de Wallen aanwijzen waarin het verboden is woonruimte te gebruiken voor vakantieverhuur. Dat heeft de bestuursrechter geoordeeld. Twee verenigingen en een burger stelden beroep in tegen het verbod van de gemeente, omdat zij vonden dat de gemeente niet bevoegd is om een dergelijk verbod in te stellen. De rechtbank stelt hen in het gelijk: de Huisvestingswet 2014 stond toen wel een vergunningsplicht toe, maar geen verbod op vakantiehuur. Pas sinds 1 januari 2021 biedt de Huisvestingswet 2014 na een wetswijziging de gemeente de mogelijkheid om - in uiterste gevallen - wijken aan te wijzen waarin vakantieverhuur geheel is verboden. Het doel: om in wijken waar de balans tussen wonen en toerisme is verstoord de toegenomen overlast door vakantieverhuur tegen te gaan.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:1017

Kanton - Onterecht huurwoning niet gekregen: recht op alternatief

3 maart - Woningcorporatie Ymere moet binnen 3 maanden een aspirant-huurder een soortgelijke huurwoning aanbieden als de woning in Amsterdam-West die hij ten onrechte niet kreeg. Ook reageerde Ymere ten onrechte niet op zijn bezwaren. Volgens Ymere was zijn inkomen in 2021, een WW-uitkering, te hoog voor die woning. Hij had Ymere zijn uitkeringsspecificatie van december 2020 verschaft. Ymere berekende daarop zijn inkomen in 2021 door op dit bedrag forfaitaire indexering toe te passen. Daardoor was zijn inkomen in 2021 te hoog voor die woning. De kantonrechter acht die berekeningsmethode onjuist, omdat de werkelijke indexering van WW-uitkeringen al sinds 18 december 2020 bekend was en lager uitviel dan die forfaitaire indexering. Door toepassing van de werkelijke indexering kwam de huurder qua inkomen wel voor die woning in aanmerking. Doordat Ymere echter ondanks bezwaren de woning kort voor de zitting aan een ander toewees, is die niet meer beschikbaar, daarom moet Ymere hem een gelijkwaardige woning aanbieden.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:940

Kanton - 50 procent huurkorting in verband met sluiting door corona

8 maart - Een stichting die culturele activiteiten organiseert in IJburg en (theater)voorstellingen produceert heeft een huurachterstand laten ontstaan. Zij heeft aan de verhuurder een huurkorting van 50 procent gevraagd in verband met de coronacrisis over de periode vanaf 1 maart tot heden. Die huurkorting kent de kantonrechter deels toe. Die oordeelt dat de onderneming van de stichting niet door de overheid is gesloten. Wel waren de theaters en schouwburgen van half maart tot juli 2020 en van half oktober tot en met januari 2021 vanwege de coronacrisis op last van de overheid gesloten. De kantonrechter acht het aangewezen dat partijen de pijn (dat wil zeggen het financiële nadeel) over genoemde perioden verdelen: de huurder krijgt 50 procent huurkorting. Over de perioden dat er geen verplichte sluiting was, was de stichting de volledige huurprijs verschuldigd, aldus de kantonrechter.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:941

Civiel - Band ontbindt overeenkomst met platenlabel

9 maart - Een symfonische rock / gothic band mocht de exploitatieovereenkomst met haar platenlabel ontbinden. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter exploiteerde het platenlabel drie albums van de band onvoldoende online, verstrekte het geen statements en betaalde het niet uit voor de online exploitatie. Het platenlabel moet daarom meewerken aan het terug leveren van de naburige rechten van de uitvoerende kunstenaars. De rechten van de fonogrammenproducent blijven echter bij het platenlabel. Dit zou leiden tot een patstelling, omdat beide partijen dan een verbodsrecht hebben voor exploitatie van de albums door de ander. De voorzieningenrechter oordeelde daarover dat het platenlabel, gelet op de omstandigheden van deze zaak, voorlopig moet meewerken aan online exploitatie door de band. Daarnaast moet het platenlabel informatie afgeven aan de band en een voorschot betalen voor een schadevergoeding.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:1041

 

Civiel - Fraudevermoeden leidt tot stopzetten van hypotheeklening

10 maart - ABN Amro mocht de bankrelatie met een particuliere klant beëindigen. Dat heeft de rechtbank beslist in een zaak die door de man was aangespannen tegen de bank. ABN Amro verstrekte aan de man een hypothecaire lening voor de aankoop van een woning. Na een vermoeden van fraude en onderzoek daarnaar door de bank heeft de man geen openheid van zaken verstrekt over het salaris dat door hem was opgegeven bij de hypotheekaanvraag. Ook tijdens de procedure bij de rechtbank heeft de man niet aangetoond dat er geen sprake is van fraude. De rechtbank concludeert dat de man bewust onjuiste informatie heeft verstrekt bij de hypotheekaanvraag. De bank hoeft in dit  geval de relatie met de klant niet voort te zetten, ook al heeft de beëindiging ernstige gevolgen voor de man.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2021:946

Uitspraken