Laden...

Het oordeel van de rechter

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Amsterdam > Nieuws > Het oordeel van de rechter
Amsterdam, 02 april 2024

De rechtbank Amsterdam doet ongeveer 140.000 uitspraken per jaar. Iedere week selecteren we een aantal van de belangrijkste en meest opvallende uitspraken per rechtsgebied.

Straf - Celstraf voor schieten in drukke winkelstraat

26 maart - Een 26-jarige man is veroordeeld tot 5 jaar gevangenisstraf omdat hij zich op 22 mei 2023 in Amsterdam schuldig maakte aan het medeplegen van een (poging tot een) ripdeal en het medeplegen van een poging doodslag. Samen met zijn mededader probeerde hij twee slachtoffers met geweld geld afhandig te maken. Daarbij is tweemaal met een vuurwapen geschoten. Deze daden vonden overdag plaats in het trapportaal van een appartementencomplex aan een drukke winkelstraat. Dat er mogelijk onschuldige slachtoffers zouden vallen, weerhield de 26-jarige man er niet van de daden te plegen. In de straf weegt verzwarend mee dat hij eerder is veroordeeld voor geweldsdelicten. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2024:1649


Bestuur - Doek valt voor grote aanbieder van deelscooters

25 maart - De gemeente Amsterdam mocht een grote aanbieder van deelscooters in Nederland, vanwege vergunningen aan andere aanbieders, weigeren om vanaf 1 april 2024 nog langer scooters te delen in Amsterdam. Dit heeft de voorzieningenrechter geoordeeld. Uit de tekst van een eerdere vergunning mocht de grote aanbieder niet afleiden dat dit anders was. Het gestelde financiële belang van de grote aanbieder weegt verder onvoldoende op tegen het belang van de gemeente Amsterdam om zijn beleid met betrekking tot deelvervoer in de openbare ruimte toe te passen en uit te voeren 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2024:1804


Bestuur - DNB geen bestuursorgaan: openbaren informatie hoeft niet

27 maart - De Nederlandsche Bank (DNB) is geen bestuursorgaan. Dat heeft de meervoudige kamer van de rechtbank bepaald in een beroep van de stichting Waakzaamheid Financieel Toezicht (Stichting Wft). De stichting had DNB verzocht om openbaarmaking van informatie op grond van de Wet openbaar bestuur (nu de Wet open overheid). De rechtbank vindt dat DNB, voor zover het gaat om de algemene taken waarop de verzoeken om informatie zien, niet met enig openbaar gezag is bekleed. DNB heeft daarom terecht gesteld dat zij voor deze taken niet als bestuursorgaan zoals bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht is aan te merken. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2024:1627


Kanton - Geen geld terug voor gestelde meetfout in woning

21 maart - De verkoopmakelaar van een (klus)woning in de Amsterdam hoeft de kopers niets van de geëiste 8.000 euro terug te betalen vanwege een gestelde meetfout. Volgens de meting van de makelaar bedroeg de woonoppervlakte in 2017 49,1 vierkante meter. De kopers knapten de woning in 2018 op en bouwden 28 vierkante meter erbij. In 2022 wilden zij de woning verkopen met de hulp van een andere makelaar. Volgens die meting bedroeg het woonoppervlak 74,1 vierkante meter in plaats van 77,1 vierkante meter. De kantonrechter gaat mee in het verweer van de makelaar. De meetafwijking is zo gering dat het onaannemelijk is dat daardoor schade is geleden. Ook weegt mee dat de kopers ruim 200.000 euro winst op de woning maakten. De kantonrechter acht het bovendien onwaarschijnlijk dat de kopers, die de woning bezichtigden, minder hadden geboden als de gestelde meetfout bekend was geweest.  

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2024:1797 

Kanton - Verzoek huurkorting wegens corona afgewezen

22 maart - Restaurant La Place gevestigd in de Kalverstraat in Amsterdam krijgt geen huurkorting in verband met de coronacrisis. Het restaurant eiste ruim 800.000 euro huurkorting van april 2020 tot en met december 2021 omdat er sprake zou zijn van onvoorziene omstandigheden. De kantonrechter kent die korting echter niet toe. Dat zou namelijk tot een onevenredig resultaat leiden omdat het restaurant integraal deel uitmaakt van het Jumbo concern, dat tijdens de pandemie de omzet juist heeft zien groeien. Ook heeft het concern andere voordelen gehad van de sluiting van het La Place restaurant. Zo kon het supermarktconcern onder meer het personeel van het restaurant elders in het concern inzetten tijdens de coronacrisis. La Place heeft te weinig inzicht gegeven in hoe groot die voordelen precies waren. Ook is niet voldoende duidelijk geworden dat het omzetverlies van La Place alleen door de pandemie is veroorzaakt. 

Lees de volledige uitspraak:

Uitspraken