17 januari - Een 39-jarige man is veroordeeld tot 16 maanden gevangenisstraf waarvan 12 maanden voorwaardelijk onder meer omdat hij van november 2020 tot en met november 2022 zijn vier kinderen aan het gezag van hun moeder onttrokken door hen in Marokko voor haar verborgen te houden. Aan het begin van de kinderontvoering waren de kinderen drie, vijf, acht en negen jaar oud. Ook overtrad hij in 2023 in Amsterdam een gedragsaanwijzing door in strijd met deze aanwijzing te dicht in de buurt van de woning van de moeder en zijn kinderen te zijn. Inmiddels is de vader uit het ouderlijk gezag ontzet. Zijn daden hebben niet het effect gehad dat hij beoogde, te weten het vervullen van een belangrijke en positiever rol als vader in het leven van de kinderen. Aan het voorwaardelijke strafdeel verbindt de rechtbank een langere proeftijd dan gebruikelijk met als doel dat hij een effectieve manier vindt om met de situatie en de betrokken instanties om te gaan. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2024:211

12 januari - De heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam heeft ten onrechte een parkeerbelasting opgelegd aan een Amsterdammer. Dat heeft de rechtbank geoordeeld. De foto’s van de scanauto geven namelijk aanleiding voor twijfel of sprake was van parkeren. De man had zijn auto stilgezet op een parkeerplaats in het centrum om op zijn telefoon een locatie te zoeken. Op de foto’s van de scanauto is te zien dat hij op dat moment in de auto zat met zijn wielen in de richting van de rijbaan. De rechtbank vindt dat dit er onder andere op kan duiden dat de man net iemand heeft afgezet en op het punt staat te vertrekken. Verder kunnen niet alleen activiteiten buiten de auto, zoals een uitstappende persoon, aanleiding geven voor twijfel, zoals de heffingsambtenaar aanvoerde. Daarom had hij nader moeten controleren of er inderdaad sprake was van parkeren. Dat is echter niet gedaan en kan ook niet meer gebeuren. De rechtbank vernietigt daarom de naheffingsaanslag. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2024:115

16 januari - Een vrouw die al sinds haar geboorte in een huurhuis in Amsterdam woont, is een medehuurder. Dat heeft de kantonrechter bepaald. Weliswaar is de kantonrechter met de verhuurder eens dat de enkele omstandigheid dat een kind bij haar (stief)ouders in een gemeenschappelijke huishouding blijft wonen niet met zich meebrengt dat deze duurzaam is omdat dit vaak afloopt. Daarvoor zijn bijzondere omstandigheden vereist. Die zijn er in dit geval. De vrouw is 54 jaar en heeft haar ouderlijk huis nooit verlaten. Zij woont al jaren samen met haar inmiddels 80-jarige stiefvader en mantelzorg speelt pas recentelijk een rol. Dat is een wezenlijk andere situatie dan wanneer een kind tijdelijk bij een ouder intrekt om zorg te verlenen. De verhuurder moet de vrouw in dit geval als medehuurder erkennen. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2024:205