18 december - Een 31-jarige Amsterdammer is veroordeeld tot 6 maanden gevangenisstraf – waarvan 2 voorwaardelijk – omdat hij een aanrijding veroorzaakte waarbij een 78-jarige vrouw meerdere botbreuken opliep en omdat hij de plaats van het ongeval verliet. Ook krijgt hij een ontzegging van de rijbevoegdheid voor 2 jaar. De vrouw liep op 12 januari 2017 op het trottoir langs de Meeuwenweg in Amsterdam-Noord. Toen ze een uitrit van een zijstraat passeerde, reed een scooter die ruim 60 kilometer per uur reed haar omver. De bestuurder ging ervandoor. Op basis van getuigenverklaringen werd de 31-jarige man later aangehouden. Hij bekende het ongeval te hebben veroorzaakt. Hij had kort daarvoor ruzie gehad met een man, waarna deze hem met zijn auto had achtervolgd. In zijn vlucht zag hij de vrouw over het hoofd. De rechtbank woog mee dat hij zo hard reed op een woonerf. De man is ook nog veroordeeld voor 4 weken hechtenis voor het rijden zonder rijbewijs.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2018:9143

21 december - Twee mannen – 23 en 29 jaar oud – zijn veroordeeld tot 7 jaar gevangenisstraf voor het voorbereiden van een liquidatie. Het tweetal heeft tussen 13 en 30 september 2016 voorbereidingshandelingen getroffen voor een liquidatie bij een voetbalvereniging in Heemskerk. Zij hebben daar aanrij- en vluchtroutes bekeken. Ook is een gestolen kentekenplaat op een eveneens gestolen snelle BMW bevestigd, die als vluchtauto in de buurt was klaargezet. In die auto lagen petflessen gevuld met benzine, waarschijnlijk om de BMW in brand te steken om zodoende sporen te wissen. Het beoogde slachtoffer werd opgewacht op het parkeerterrein van de voetbalvereniging. De voorgenomen liquidatie is door het ingrijpen van de politie voorkomen. De rechtbank vindt het van belang dat tegen dit soort misdrijven hard wordt opgetreden en wil met de straf dan ook een signaal afgeven aan de samenleving. Eerder werden al twee andere mannen voor hun betrokkenheid bij deze liquidatievoorbereiding veroordeeld.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2018:9358
ECLI:NL:RBAMS:2018:9357

14 december - De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) moet de zaak van een Sierra Leoonse man die zijn asielaanvraag eigenlijk in Spanje moet indienen, opnieuw bekijken. Dat heeft de rechtbank bepaald. Het Europese land waar een vreemdeling voor het eerst is binnengekomen, is in principe verantwoordelijk voor de aanvraag. In dit geval is dat Spanje. De IND kan besluiten de asielaanvraag zelf te behandelen, als er sprake is van bijzondere individuele omstandigheden die maken dat de overdracht aan dat land van onevenredige hardheid getuigt. Dat gebeurt zeer zelden. In deze zaak heeft de IND onvoldoende duidelijk gemaakt waarom dat niet besloten is, aldus rechtbank. De IND had namelijk ook moeten meewegen dat de broer van de Sierra Leoonse man de Nederlandse nationaliteit heeft. Zij hebben elkaar na een zoektocht van zestien jaar weer gevonden. De man heeft geen andere familieleden. Bovendien is de man getraumatiseerd door een verkrachting in Spanje. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2018:9050

18 december - De gemeente mocht een last onder dwangsom opleggen aan de exploitant van een restaurant in het centrum van Amsterdam, om ervoor te zorgen dat de overlast van nare geuren wordt voorkomen, of wordt beperkt tot een aanvaardbaar niveau. Dat heeft de voorzieningenrechter bepaald. De gemeente heeft meerdere klachten van omwonenden ontvangen over geuroverlast van het restaurant. Toezichthouders van de gemeente hebben diverse keren geconstateerd dat er bakdampen te ruiken zijn, die – ondanks de ontgeuringsinstallatie die de exploitant heeft laten plaatsen – afkomstig zijn van het restaurant. Voor elke keer dat er onaanvaardbare geurhinder wordt veroorzaakt, moet de exploitant  2.500 euro betalen tot een maximum van 10.000 euro.

Lees de volledige uitspraak
ECLI:NL:RBAMS:2018:9114

10 december - De winkel die een trouwjurk maakte voor een vrouw, hoeft de bruid haar geld niet terug te geven. De klacht van de bruid snijdt volgens de kantonrechter namelijk geen hout. De vrouw klaagde over haar jurk van 1.150 euro: volgens haar betrof het Chinese confectie, terwijl een op maat gemaakt en met de hand in eigen atelier vervaardigd exemplaar was beloofd. De bruidswinkel bestrijdt dat de belofte niet is nagekomen: het ontwerp is wel degelijk op basis van een uniek ontwerp met de hand op maat gemaakt – en betreft dus geen confectie. Dat er op de website staat vermeld dat de jurk in ‘ons atelier’ wordt gemaakt, betekent niet dat het gaat om een eigen atelier in Nederland. Op de site staat immers ook dat de verkoopster voor de productie van de bruidsjurken samenwerkt met een gespecialiseerd atelier.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2018:9310

17 december - Een studente die haar studiowoning illegaal onderverhuurde via Airbnb hoeft verhuurder Duwo geen boete van 10.000 euro te betalen omdat die onevenredig hoog is. Dat heeft de kantonrechter bepaald. Tijdens een huisbezoek afgelopen juni constateerde Duwo dat een Argentijns echtpaar de woning in Amsterdam vier dagen had gehuurd voor ruim 600 Amerikaanse dollar. In het boetebeding dat in de huurovereenkomst stond, wordt geen verschil gemaakt naar de duur en manier van verhuur of in gebruik geven van de woning. Een logé een dag onderdak bieden zou dan dus ook tot 10.000 euro boete kunnen leiden. Volgens hetzelfde artikel in de huurovereenkomst kan daarnaast nog volledige schadevergoeding worden geëist. Dit alles maakt dat het artikel een oneerlijk beding is. De kantonrechter weegt daarbij mee dat studenten vaak niet veel te besteden hebben. Wel ontbindt de kantonrechter de huurovereenkomst. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2018:9239

19 december - De nabestaanden van Cruijff hebben recht op een redelijke vergoeding voor het gebruiken van een foto van Cruijff op de omslag van de biografie “Cruijff! De jonge jaren”. Het zonder toestemming van die foto gebruiken is onrechtmatig, zo heeft de rechtbank geoordeeld in een zaak die tegen de uitgever was aangespannen. Cruijff had immers een verzilverbare populariteit, die ook nu nog aan de nabestaanden toekomt. Een verbod op (verdere) openbaarmaking gaat echter in dit geval te ver. Wat de redelijke vergoeding betreft is het debat tussen partijen nog niet klaar: ze mogen zich daar beiden nog over uitlaten. Dit vonnis is dus een tussenvonnis.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2018:9089

21 december - Internetbedrijf Facebook moet meer doen om te voorkomen dat er op Facebook en Instagram nog langer nep-advertenties van kledingmerk Tommy Hilfiger worden getoond. Dat heeft de voorzieningenrechter bepaald. De advertenties tonen kleding van het bedrijf, maar zijn niet van het bedrijf afkomstig. Bij doorklikken wordt doorgelinkt naar sites van onbekende personen. Facebook nam eerder al maatregelen, maar deze bleken onvoldoende: de advertenties bleven terugkomen. De rechter is het met het kledingbedrijf eens dat Facebook de plicht heeft alle redelijke inspanningen te doen om de nep-advertenties, die inbreuk maken op het intellectueel eigendomsrecht van Tommy Hilfiger, van zijn platforms te weren. Ook moet Facebook alle gegevens verstrekken die het bedrijf over de malafide adverteerders bezit. Daarnaast dient de samenwerking met deze partijen direct te worden stopgezet. Komt Facebook zijn verplichtingen niet na, dan dient het bedrijf een dwangsom te betalen van 10.000 euro per dag, tot een maximum van 2 miljoen euro.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2018:9362