19 april - De burgemeester van Amsterdam heeft terecht drie horecagelegenheden in Amsterdam gesloten vanwege dreigingen richting (de familieleden van) de exploitanten. Dat heeft de rechtbank geoordeeld. De burgemeester had na het bestreden besluit een nieuw standpunt ingenomen, namelijk dat de sluitingen niet voor onbepaalde tijd, maar voor drie maanden bevolen hadden moeten worden. Uitgaande van dit standpunt waren de sluitingen, anders dan de exploitanten van de drie horecagelegenheden aanvoerden, in overeenstemming met de beleidsregels en niet onevenredig, onder meer niet omdat de pandsluitingen als doel hadden gevaren voor de openbare orde te voorkomen. Dat doel vindt de rechtbank gerechtvaardigd. Gelet op de dreiging en incidenten in het verleden mocht de burgemeester het algemeen belang (bij sluiting) doorslaggevend achten.
Lees de volledige uitspraa: