25 september - Een 28-jarige man krijgt 4 jaar gevangenisstraf omdat hij samen met anderen twee overvallen op koeriers van drankbezorgdienst Drank020 pleegde in augustus 2018 in Amsterdam. Ook moet hij ruim 6300 euro schadevergoeding betalen. In beide gevallen plaatste de 28-jarige man samen met zijn mededaders een bestelling bij Drank020. Daarna lokten zij de koeriers uit hun bestelbus en sloegen hen hardhandig in elkaar. De buit bestond onder meer uit een portemonnee, flessen sterke drank en sigaretten. De rechtbank rekent het de 28-jarige man zwaar aan hoe hij de overvallen pleegde. Uit zijn daden blijkt dat hij – hoewel hij zelf als koerier heeft gewerkt – er enkel aan dacht hoe hij daar zelf beter van zou worden. Omdat hij nog in een proeftijd liep, legt de rechtbank hem ook een gevangenisstraf van 6 maanden op die eerder voorwaardelijk was opgelegd.

Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAMS:2019:7034

27 september - Een 44-jarige man krijgt een gevangenisstraf van 90 dagen waarvan 87 dagen voorwaardelijk en een taakstraf van 140 uur onder meer voor oplichting. Ook moet hij ruim 24.500 euro schadevergoeding betalen. Als medewerker van een creditcardmaatschappij maakte hij zich schuldig aan oplichting. Hij gebruikte onder meer gegevens van overleden creditcardhouders. Hij heeft op hun naam nieuwe kaarten opgevraagd en gepind met de creditcards en zich zo voor 15.000 euro verrijkt. In de straf weegt mee dat hij zijn werkgever schade bezorgde en het vertrouwen in creditcardmaatschappijen heeft geschaad. Positief is dat de man in behandeling is voor zijn alcoholverslaving en dat hij werkt. Om dat niet te verstoren is de onvoorwaardelijke gevangenisstraf gelijk aan zijn voorarrest. De voorwaardelijke gevangenisstraf is een stok achter de deur om niet opnieuw de fout in te gaan.

Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAMS:2019:7052

23 september - De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft terecht geweigerd om twee door een adellijke vader geadopteerde zonen toe te laten tot de Nederlandse adel. Dat heeft de rechtbank geoordeeld. De Wet op de adeldom is in 1994 gewijzigd waardoor ook kinderen van adellijke vaders die buiten het huwelijk zijn geboren vanaf dat moment worden toegelaten tot de adel. Dat deze twee zonen toch geen recht hebben op de adellijke titel vloeit voort uit twee uitspraken van de hoogste bestuursrechter. Die oordeelde eerder dat uit de tekst en de bedoeling van die wet blijkt dat kinderen die voor 1994 zijn geboren, zoals deze twee zonen, geen recht hebben op de adellijke titel van hun vader. Dit is niet in strijd met het EVRM omdat er een objectieve rechtvaardiging bestaat, namelijk het in stand houden van het historische instituut van de adel. De rechtbank ziet in de nieuwe argumenten van de zonen geen reden om anders te oordelen dan de hoogste bestuursrechter.

Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAMS:2019:7047

24 september - Een Nigeriaanse man is zijn verblijfsvergunning kwijtgeraakt omdat hij te lang buiten Nederland heeft gewoond. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft daarom zijn aanvraag om verlenging van zijn verblijfsrecht in Nederland afgewezen. Volgens de rechtbank is dat terecht. De man verbleef van juli 2016 tot april 2018 in Nigeria. Volgens de man was hij in die periode te ziek om terug te reizen naar Nederland. De staatssecretaris gelooft dat niet; uit een overgelegde medische verklaring van zijn arts blijkt dat niet. De rechtbank oordeelt dat vaststaat dat de man zijn hoofdverblijf heeft verplaatst naar Nigeria. Als hij opnieuw verblijf wil in Nederland moet hij een aanvraag indienen in Nigeria; dat kan niet vanuit Nederland.

Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBDHA:2019:10098

20 september - Een auto-eigenaar hoeft de boete die Q-Park vorderde voor ‘treintje rijden’, het zonder te betalen achter de voorganger een parkeergarage uitrijden, niet te betalen. Q-Park heeft onvoldoende bewezen dat de eigenaar haar auto zelf bestuurde en aldus een overeenkomst met Q-park heeft gesloten. Dat heeft de kantonrechter bepaald. De vrouw verweerde zich door aan te voeren dat zij haar auto die dag had uitgeleend aan de vriend van haar dochter. Als bewijs daarvoor diende zij onder meer een ondertekende verklaring in waarin die vriend erkende dat hij die dag had treintje gereden in de parkeergarage in Amsterdam-Centrum. Daar bracht Q-Park te weinig tegenin om te concluderen dat de auto-eigenaar toch reed en dus een parkeerovereenkomst had gesloten. De stelling van Q-Park dat de kentekenhouder vermoed wordt degene te zijn die de overeenkomst heeft gesloten en dat die vervolgens moet bewijzen dat zij dat niet heeft gedaan, wordt door de kantonrechter niet gevolgd.

Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAMS:2019:7051

25 september - Hudson’s Bay mag de huurder van een restaurant in een filiaal van warenhuis Hudson’s Bay in Amsterdam-Centrum niet ontruimen ondanks dat hij de huurbetaling tijdelijk opschortte. Dat heeft de kantonrechter bepaald. De huurder betaalde namelijk tot nu toe, weliswaar niet altijd tijdig, de huur, en heeft grote investeringen gedaan in het gehuurde. De kantonrechter oordeelt dat het onwaarschijnlijk is dat de rechter in de bodemprocedure de huurovereenkomst zal ontbinden. Daarbij weegt ook mee dat Hudson’s Bay geen openheid gaf aan de huurder over de geruchten dat het warenhuis per 1 januari 2020 zou sluiten. Dat zal grote gevolgen hebben voor de huurder omdat de huurovereenkomst dan kan worden beëindigd. Onder die omstandigheden is het niet onbegrijpelijk dat de huurder de huur opschortte om verhuurder tot openheid te dwingen. 

Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAMS:2019:7041

20 september - Door facturen van een leverancier contant te betalen aan een tussenpersoon heeft een restaurant in Amsterdam voldaan aan haar betalingsverplichtingen. Dat heeft de rechtbank bepaald. De leverancier verzocht het restaurant om haar facturen te voldoen, maar het restaurant weigerde en liet weten dat de facturen al contant waren betaald aan de vertegenwoordiger van de leverancier, die als tussenpersoon optrad. De leverancier vond dat het restaurant de facturen niet contant aan de tussenpersoon had mogen betalen, omdat die tussenpersoon niet bevoegd zou zijn om voor de leverancier betalingen in ontvangst te nemen. De rechtbank volgde dit standpunt niet. Omdat het restaurant al vaker contant aan de tussenpersoon had betaald en de leverancier die betalingen wel had ontvangen en daarmee akkoord was gegaan, mocht het restaurant er ook bij deze facturen er op vertrouwen dat zij de facturen contant aan de tussenpersoon mocht betalen.

Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAMS:2019:6945

27 september - De gemeente Amsterdam hoeft de opdracht tot het herinrichten van de Frederik Hendrikstraat niet te gunnen aan de aannemer, een bedrijf in Amsterdam dat is gespecialiseerd in wegenbouw- en bestratingen. Dat heeft de voorzieningenrechter geoordeeld. Het bedrijf had de laagste prijs geboden, maar heeft de opdracht niet gekregen omdat de gemeente vindt dat er een integriteitsrisico kleeft aan dit bedrijf. Het bedrijf huurt namelijk een voormalige gemeenteambtenaar in die strafontslag heeft gekregen en die strafrechtelijk wordt vervolgd voor ambtelijke corruptie in verband met omkoping door de voormalig bestuurder van het bedrijf. De voorzieningenrechter geeft de gemeente daarin gelijk. 

Lees de volledige uitspraak: ECLI:NL:RBAMS:2019:7132