5 maart - De rechtbank heeft een vordering van 140.000 euro afgewezen, die de koper van een benedenwoning in Amsterdam Oud-West had ingesteld tegen zijn verkoper. Er bleek water in de kelder te lekken. Door de muren heen worden ook andere ruimten zoals de slaapkamer vochtig, beschimmelen spullen die op de vloer staan en laten de badkamertegels los. De rechtbank oordeelt echter dat de verkoper hierover voldoende informatie had gegeven. Het huis dateert uit 1898 en verzakt 0,7 millimeter per jaar. De verkoper had ook een rapport aan de koper toegestuurd over lekkage in het verleden. De koper had zich gerust laten stellen dat dit misschien niet meer zou voorkomen, maar de verkoper heeft wel aan zijn mededelingsplicht voldaan, aldus de rechtbank. 

6 maart - Een 47-jarige man is veroordeeld tot een maand gevangenisstraf voorwaardelijk en 120 uur taakstraf. Samen met anderen probeerde hij in november 2019 in Breda en in de herfst van 2020 in Amsterdam het CBR op te lichten om zo twee personen te laten slagen voor het theorie- of praktijkexamen zonder dat zij zelf dit examen hoefden af te leggen. De rechtbank rekent hem aan dat hij de verkeersveiligheid negeerde terwijl die in zijn (toenmalige) rol als rijschooleigenaar en rijinstructeur voorop had moeten staan. Uit het dossier bleek dat wie een rijbewijs wilde dit tegen betaling via hem kon regelen zonder rijlessen te volgen of theorie te leren. Hij liet vervalste identiteitsbewijzen maken en anderen het examen doen. Omdat de redelijke termijn om de zaak af te handelen met bijna 2 jaar is overtreden, legt de rechtbank geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op. 

3 maart - De burgemeester van Amsterdam mocht zeven winkelpanden niet per direct sluiten. Dat heeft de rechtbank bepaald. Een onderzoek van de politie leidde in zeven winkels tot de vondst van producten die vermoedelijk hennep bevatten. De burgemeester heeft de panden direct voor zes maanden gesloten op grond van de Opiumwet. Het openblijven van de panden zou ernstig gevaar opleveren voor de openbare orde. De winkeleigenaar heeft ontkend dat hij producten in strijd met de Opiumwet heeft verkocht. De rechtbank heeft geoordeeld dat de burgemeester de winkeleigenaar de mogelijkheid had moeten bieden om de aangetroffen en in beslag genomen producten te laten onderzoeken door een laboratorium. Daarnaast ontbreekt een proces-verbaal van meevoeren en opslaan. De winkeleigenaar is in de verdediging geschaad. Om die reden is volgens de rechtbank niet vast komen te staan dat sprake was van een overtreding van de Opiumwet. 

28 februari - De huurder van een viswinkel in Amsterdam-Noord hoeft de winkel niet te ontruimen omdat diens belangen zwaarder wegen dan die van de verhuurder oordeelt de kantonrechter. De burgemeester sloot de winkel na twee beschietingen. Daarna ontbond de verhuurder zonder tussenkomst van de rechter de huurovereenkomst. Daarna eiste de verhuurder ontruiming om zo de openbare orde en de veiligheid in het winkelcentrum en de erboven gelegen woningen te herstellen. Ook vreesde de verhuurder huuropzeggingen van andere huurders en dat het winkelcentrum minder waard wordt. De belangen van de verhuurder wegen echter niet op tegen die van de huurder. Die exploiteert de winkel al tien jaar. Ontruiming zou het einde van de viswinkel betekenen. In het oordeel weegt ook mee dat niet aannemelijk is geworden dat de huurder de situatie persoonlijk te verwijten is of dat die tekortschoot in nakoming van de huurovereenkomst.