6 november - Een uitvoerend producent (UP) die enige maanden in opdracht heeft gewerkt aan een nieuwe Nederlandse film, moet betaald krijgen voor haar werk. Zij heeft aan de film gewerkt totdat de samenwerking per direct werd beëindigd op 4 juli jl., en heeft nog niets betaald gekregen. Volgens het productiebedrijf dat haar had ingehuurd klopt de hoogte van de gefactureerde vergoeding niet en zijn twee extra weken werk gefactureerd die niet zijn overeengekomen. Uit de overgelegde correspondentie blijkt echter dat de hoogte van de fee klopt en dat het aannemelijk is dat de twee extra weken werk zijn afgesproken. Een korting op de gefactureerde bedragen is niet aan de orde. Daar zijn geen afspraken over gemaakt en bovendien blijkt nergens uit dat de UP slecht werk heeft geleverd. De UP wilde ook de vergoeding betaald krijgen voor de resterende maanden tot en met januari 2025 waarvoor ze was ingehuurd, maar daarin krijgt ze geen gelijk.
Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2024:6775