De man was gewaarschuwd, stelt de rechtbank; hem hing immers nog een voorwaardelijke jeugddetentie van acht maanden boven het hoofd. Bovendien had de staatssecretaris de man al duidelijk gemaakt dat hij het voornemen had zijn verblijfsvergunning in te trekken. Desondanks ging de man, die zelf verklaarde geen slechte dingen meer te willen doen, toch weer de fout in: hij werd vorig jaar veroordeeld voor diefstal en handel in drugs.