Op 9 november 2019, omstreeks 23:40 uur, rijden de slachtoffers in één auto op de Hanzeweg in Dronten richting Kampen. De toegestane snelheid is daar 80 km/u. De bestuurder verklaart bij de politie dat zij in haar binnenspiegel zag dat ver achter haar een auto aan kwam rijden. Zij knipperde naar eigen zeggen een paar keer met haar ogen en zag dat die wel heel snel dichterbij kwam. Uiteindelijk reed de auto met hoge snelheid tegen de achterkant van de auto van de slachtoffers. De verdachte gaat er direct na het ongeluk vandoor en laat de gewonde slachtoffers aan hun lot over. 

Uit de schade aan de auto’s en de afstand van 130 meter tussen de plek waar de aanrijding plaatsvond en waar de auto’s tot stilstand zijn gekomen, blijkt dat de verdachte véél harder heeft gereden dan was toegestaan. Na het ongeluk zijn de voertuigsoftware én de verkeersregelinstallatie uitgelezen. Uit die gegevens kan geconcludeerd worden dat de verdachte minimaal 149 km/u reed. Ook de auto zelf heeft een zogenoemde crash-boodschap opgeslagen. Die gaf zelfs nog hogere snelheden aan. Volgens een getuige, die vlak voor het ongeluk ingehaald werd, reed de verdachte ‘achteloos’ en scheelde het een haartje of hij was door hem aangereden. Hij vermoedt dat de verdachte op dat moment 160 km/u reed. De verdachte heeft zelf bij de politie verklaard dat hij op zijn mobiel bezig was met een routeplanner en dat hij de auto voor hem niet heeft gezien. Ook heeft hij geen snelheid geminderd. 

De officier van justitie had in deze zaak een geheel voorwaardelijke celstraf van 4 maanden geëist, een taakstraf van 240 uur en een rijontzegging van 3 jaar. Maar daar gaat de rechtbank niet in mee. Als sprake is van ernstige schuld, een ernstige snelheidsovertreding en zwaar lichamelijk letsel wordt doorgaans een onvoorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd van 7 maanden. Daarbij komt dat de verdachte de plek van het ongeluk heeft verlaten én dat hij eerder is veroordeeld voor verkeersovertredingen. Zelfs na deze aanrijding is hij achter het stuur gaan zitten terwijl zijn rijbewijs was ingevorderd. Ook daar is hij in de tussentijd voor veroordeeld. De rechtbank legt de verdachte een gevangenisstraf op van 10 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. Ook mag hij 3 jaar lang niet autorijden. 

Bekijk ook de themapagina verkeersmisdrijven.