Bij het bepalen van de straf kijkt de rechtbank naar landelijke oriëntatiepunten, waarbij in strafverzwarende zin wordt meegenomen dat de verdachte zonder geldig rijbewijs reed en dat hij eerder is veroordeeld voor het veroorzaken van een verkeersongeval. Omdat de verdachte bij die eerdere veroordeling een taakstraf opgelegd heeft gekregen en deze heeft uitgevoerd, kan de rechtbank volgens de wet niet alleen een taakstraf opleggen, maar moet er naast de taakstraf ook een onvoorwaardelijke gevangenisstraf worden opgelegd. De verdachte wordt daarom veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 dagen, waarvan 7 dagen voorwaardelijk, een taakstraf van 200 uur en een rijontzegging van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk.