De voorzieningenrechter stelt de omwonende in het ongelijk. De rechter oordeelt dat de gemeente voldoende duidelijk heeft gemaakt waarom de bomen gekapt dienen te worden: namelijk om de bodem te kunnen saneren en vervolgens daarop tijdelijke woningen te realiseren. Ook al zou de bouw van woningen niet doorgaan, dan heeft de gemeente nog een belang om de bodem te saneren omdat deze sterk vervuild is. Bovendien kan de kapvergunning alleen worden geweigerd als sprake is van een weigeringsgrond is, zoals cultuurhistorische of beeldbepalende waarde. Deze weigeringsgronden staan opgenomen in de Algemene Plaatselijk Verordening van de gemeente. Omdat een weigeringsgrond ontbreekt, is de gemeente verplicht de gevraagde omgevingsvergunning te verlenen.
Het feit dat de omgevingsvergunning die is verleend voor woningbouw nog niet onherroepelijk is, is geen reden om de vergunning voor de kap van bomen te weigeren. Daarnaast schreef de gemeente eerder weliswaar in een brief geen bouw voor tijdelijke woningen voor statushouders op Blekersveld te willen, maar de gemeente gaf in dezelfde brief ook aan dat de gemeenteraad anders kon beslissen. Dat is nu gebeurd: Blekersveld is alsnog aangewezen voor tijdelijke huisvesting. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter heeft de gemeente in de brief dan ook geen toezegging gedaan dat de bomen niet zouden worden gekapt.