Laden...

Op de rol: 'Het mag niet maar het is zeer invoelbaar dat u het hebt gedaan'

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Noord-Holland > Nieuws > Op de rol: 'Het mag niet maar het is zeer invoelbaar dat u het hebt gedaan'
Haarlem, 25 mei 2022

Amir (30)* kijkt in Nederland op zijn telefoon en ziet in real time zijn jongere zussen, de tweeling Lina* en Sana*. Ze dobberen ergens op de Middellandse Zee. In doodsangst. Lina en Sana proberen te ontsnappen aan het oorlogsgeweld in Syrië en zijn op weg naar Europa, maar hun bootje ziet dat niet zitten. Het zinkt. Hij verliest het contact; Amir vreest dat zijn 2 zussen zijn verdronken.

Maar de zussen worden op zee van een wisse dood gered. Pas na 2 dagen hoort Amir van hun redding. Hij is in alle staten. Zijn ouders in Aleppo ook. Lina en Sana zijn gered, maar ze hebben helemaal niets meer. Alles is door de Middellandse Zee meegenomen. Wat moeten ze in Griekenland, waar ze ten prooi vallen aan mensenhandelaren en andersoortig tuig? Vader en moeder zijn onverbiddelijk: hun dochters kunnen daar niet blijven, ze moeten en zullen naar een veilig land – naar Nederland.

Dwangstoornis

Het is aan Amir om daarvoor te zorgen. Hij woont al 7 jaar in Nederland, is afgestudeerd aan de TU en spreekt Nederlands. Als goede zoon en liefhebbende broer doe je wat je moet doen: je probeert je zussen naar Nederland te krijgen. Nu wil het geval dat er al 2 zussen in Nederland zijn, 1 in Utrecht en de ander in Roermond. Of hij hun vluchtelingenpaspoort en verblijfsvergunning kan krijgen, om daarmee hun zussen van Griekenland naar Nederland te smokkelen. De zus in Utrecht weigert, zus Samira (33)* in Roermond aanvankelijk ook. Ze heeft een naturalisatieverzoek lopen en wil haar verblijf in Nederland niet in gevaar brengen, maar uiteindelijk kan ze geen weerstand bieden aan de druk van haar broer en vooral van haar ouders. Samira is door haar dwangstoornis (OCD) gemakkelijker te manipuleren, erkent Amir later bij de politie.

Ter Apel

Amir vliegt in januari 2021 met Samira’s papieren en een koffertje met spullen naar Griekeland om zus Lina op te halen. Griekenland is een Schengenland, dus op Schiphol is in principe geen paspoortcontrole. Steekproefsgewijs worden er wel passagiers uitgepikt. Dat overkomt Amir en Lina. (Een gangbare route voor mensensmokkelaars loopt vanuit Turkije, dat geen Schengenland is, via Griekenland per boot, auto/vrachtwagen of vliegtuig naar West-Europa.) Lina valt door de mand. Ze moet zich melden bij het aanmeldcentrum in Ter Apel en gaat de asielprocedure in. De vermeende mensensmokkelaars Amir en Samira moeten voor de rechter verschijnen.

Nachtmerrie

Anderhalf jaar later is het zover. Achter in de Cruquiuszaal van de Haarlemse rechtbank zitten hun geredde tweelingzussen Lina en Sana. Sana is ook in Nederland beland, ook via Ter Apel. Samira is verrast, dat wist ze niet. Nadat ze werd aangehouden door de marechaussee, heeft ze geen contact meer gehad met de familie. ‘Mijn leven is een nachtmerrie’, zegt Samira tegen de Haarlemse politierechter. ‘Ik had niet gedacht dat het zo zou gaan.’ ‘En u?’, vraagt politierechter Tel aan Amir. ‘Hetzelfde eigenlijk’, reageert hij. ‘Ik heb hard gewerkt om mijn leven op te bouwen in Nederland, en nu zie ik dat het de verkeerde kant op gaat. Ik zie hoe mijn zus worstelt met haar schuldgevoelens. Het is pijnlijk om haar zo te zien. De familie is gebroken. We hebben elkaar vorige maand voor het laatst gesproken. Vanochtend heb ik haar ook geen hand gegeven. Dat doet mij verdriet.’

Vrijbrief

‘De feiten zijn duidelijk’, vindt officier van justitie Shukrula. Amir heeft zijn zus Lina uit Griekenland naar Nederland gesmokkeld, en daarbij is hij geholpen door zijn oudere zus Samira. Ze wisten dat dat niet mocht, maar ze deden het toch. De vraag is: waarom hebben Amir en Samira het dan gedaan? Samira kon geen weerstand bieden aan de druk van haar ouders en haar broer, mede door haar dwangstoornis. De officier: ‘Maar dat is geen vrijbrief om mee te werken aan mensensmokkel. Ze had het niet moeten doen. Maar het Openbaar Ministerie begrijpt dat dit een lastige kwestie is. Wie weet nou hoe het voelt als je zus in het buitenland in levensgevaar verkeert? En wat nou als jij de middelen, een paspoort, hebt om haar te redden? Wat zou iemand zonder dwangstoornis doen?’

Einde

Volgt officier van justitie Shukrula strikt de richtlijnen van het OM, dan kan ze 3 maanden celstraf voor mensensmokkel eisen. ‘Maar ik weeg de persoonlijke omstandigheden heel zwaar mee. Beide verdachten hebben in Nederland een bestaan opgebouwd en zijn nog nooit met justitie in aanraking geweest. Ik wil de rechter vragen om rekening te houden met de aandoening van mevrouw en de druk die op haar is uitgeoefend en haar schuldig te verklaren, zónder een straf op te leggen. Mijnheer heeft ook druk gevoeld, van zijn ouders. Hij heeft de verantwoordelijkheid genomen om te zorgen voor zijn zussen. Het is heel naar dat de familie is versplinterd en ik hoop dat daar na vandaag een einde aan komt.’ Ook Amir zou geen straf moeten krijgen. (De rechter kan een verdachte schuldig verklaren zonder een straf te geven. De rechter past dan artikel 9 van het Wetboek van Strafrecht toe.)

Gelukkig

Met haar requisitoir heeft de officier het gras voor de voeten van de advocaten van Amir en Samira weggemaaid. En daar zijn ze niet rouwig om. Amirs raadsman Faber: ‘Lana en Sina hebben niet voor de lol de oversteek gewaagd. Hun leven in Syrië was onhoudbaar. Zo waren bijna verdronken en alleen met de kleren aan hun lijf belandden ze in Griekenland. Wat zou je zelf hebben gedaan? Jonge vrouwen die de prooi zijn van mensensmokkelaars, uitbuiters en oplichters. Amir heeft gedaan wat iedere broer zou doen. Ik kan daarom prima leven met de rechtvaardige eis van de officier.’ Dat kan Samira’s advocaat Van der Toorn ook. ‘Ik dacht eerst aan ontslag van alle rechtsvervolging of een geldboete, waardoor mevrouws naturalisatieverzoek niet in gevaar zou komen, maar met artikel 9a Sr. zijn we heel gelukkig.’

Straf

Amir en Samira wisten dat ze hun zus Lina niet zo naar Nederland mochten halen. Volgens de letter van de wet zijn Amir en zijn zus Samira mensensmokkelaars, maar, zegt de politierechter: ‘Er is een groot verschil tussen mensensmokkelaars die goud geld verdienen aan de ellende van een ander, en uw familietragedie. Dat verschil zie je terug in de straffen. Ik vind dat de officier van justitie de situatie heel goed heeft aangevoeld. Ik begrijp dat de druk erg groot was. Ik zie ook dat u allebei niet hebt stilgezeten in Nederland; u hebt daarmee ook veel te verliezen. Ik heb goed geluisterd naar wat u hebt verteld over wat er is gebeurd met de familie. Ik vind het goed dat u hier allemaal bent vandaag. Wat valt er meer te zeggen? Het mag niet, maar het is zeer invoelbaar dat u het hebt gedaan. Een straf zou niet passend zijn.’ Artikel 9 dus, wel schuldig maar geen straf.

Lina en Sana zijn eerst nog wat schuchter – kan het, mag het? Maar dan vliegen ze op hun oudere zus Samira af. Tranen met tuiten in de Cruquiuszaal. Amir staat er wat beteuterd bij, maar ook bij hem biggelen de tranen over de wangen.

* Dit zijn niet hun echte namen.

Lees hier meer 'Op de Rol'-verhalen.

Uitspraken