De verdachte en het slachtoffer hadden allebei een licht verstandelijke beperking waarvoor ze intensief werden behandeld en begeleid door een stichting. Op 13 oktober 2019 werd de vrouw levenloos aangetroffen in de woning waar ze samen met verdachte woonde. De dag ervoor had ze een grote hoeveelheid alcohol (ruim 20 halve liters bier) gedronken, gecombineerd met onder meer medicatie. Ze was in de loop van de avond een aantal keren gevallen, maar na de val in de bijkeuken, kon ze niet meer opstaan. Zoiets was vaker gebeurd. De verdachte heeft 's avonds geprobeerd om haar uit de bijkeuken te krijgen omdat ze op een koude stenen vloer lag, maar dat lukte niet.

Gedurende de nacht en ochtend heeft de verdachte meerdere keren geprobeerd het slachtoffer wakker te krijgen en naar boven te krijgen, door onder andere water over haar heen te gooien en in het gezicht te slaan. In de middag van 13 oktober kwam het slachtoffer bij, probeerde op te staan maar viel weer. Verdachte heeft haar vervolgens in de keuken getrokken en gooide nog eens water, bier en ketchup over haar heen, maar het slachtoffer bleef liggen en maakte rare geluiden. Ze wilde niet dat er hulp werd ingeschakeld.

Wat later heeft verdachte een foto en een video van het slachtoffer gemaakt die hij wilde doorsturen naar hun begeleiders zodat ze konden zien dat er iets aan haar verslavingsprobleem moest worden gedaan. Op het filmpje is te zien dat het slachtoffer dan nog licht beweegt en te horen dat verdachte zich ernstige zorgen maakt. Enige tijd later werd duidelijk dat zijn vrouw stervende was. Hij heeft haar geprobeerd te reanimeren zoals hij in een televisieserie heeft gezien. Daarna heeft hij hulp ingeschakeld, maar dat mocht niet meer baten.

Voor beantwoording van de vraag of verdachte het slachtoffer opzettelijk in een hulpeloze toestand heeft gelaten is niet alleen van belang wat er die nacht is gebeurd. Ook de rapportages van de psycholoog en psychiater over verdachte spelen een wezenlijke rol. Uit die rapportages blijkt dat de verdachte een verstandelijke, emotionele en sociale beperking heeft waardoor hij meer moeite heeft met het houden van overzicht, het inschatten van situaties en het maken van de juiste beslissingen dan de gemiddelde mens. De verdachte is hierdoor onvoldoende in staat geweest noodsignalen op te pikken, te interpreteren en hierop te handelen. Voor hem was deze situatie met zijn vrouw niet anders dan eerdere incidenten die hij met haar had meegemaakt toen ze onder invloed was. De verdachte heeft de voor hem complexe situatie niet goed ingeschat.

Uit het gedrag van verdachte die nacht en de rapportages leidt de rechtbank af dat verdachte de ernst en de complexiteit van de situatie niet heeft overzien. Hij heeft niet tijdig medische hulp ingeroepen omdat hij niet besefte dat de toestand van het slachtoffer zo ernstig was; dat besef kwam pas toen het al te laat was. Daarom is er volgens de rechtbank ook geen sprake van opzet, in welke vorm dan ook. De rechtbank spreekt de verdachte vrij.