Om buiten het zicht van Rendo te houden dat zij een eigen financieel belang hadden bij SGI, hebben de directeuren zich van verschillende schijnconstructies bediend, waarbij de aandelen in SGI op naam werden gezet van kennissen of familieleden of van rechtspersonen die zogenaamd door deze personen werden bestuurd. Op deze manier is Rendo ertoe bewogen om een bedrag van ongeveer € 30 miljoen in SGI te steken. Een deel van dit geld is door SGI niet gebruikt voor de bouw van de centrale, maar om de beide directeuren uit te kopen, die hiermee samen enkele miljoenen euro’s hebben verdiend. Omdat het gaat om langdurige en grootschalige fraude, waarbij beide voormalig directeuren zich verrijkt hebben met publiek geld, heeft de rechtbank aan hen lange gevangenisstraffen opgelegd van respectievelijk vier jaar en 30 maanden.