De rechtbank legt geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op zoals wel door de Officier van Justitie was gevorderd en in principe ook aangewezen lijkt, kijkend naar rechterlijke richtlijnen. Dit komt doordat de rechtbank de man minder schuldig acht aan dit ongeval dan de Officier van Justitie. Daarnaast heeft de man een blanco strafblad, ook voor verkeersdelicten. Ook zijn persoonlijke omstandigheden heeft de rechtbank daarbij laten meewegen, vooral in het licht van de lange tijd die de man heeft moeten wachten op zijn berechting. Hij heeft zijn rijbewijs tot nu toe mogen houden, zowel van het Openbaar Ministerie, als het CBR.
De rechtbank veroordeelt de man tot een werkstraf van 180 uren, te vervangen door een periode van hechtenis van 90 dagen wanneer hij deze straf niet goed verricht. Daarnaast wordt aan de man een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden opgelegd, evenals een voorwaardelijke rijontzegging van 1 jaar, met een proeftijd van 2 jaar