Bij het bepalen van de straffen houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachten het slachtoffer zwaar toetakelden en hem in hulpeloze en mensonterende toestand achterlieten. De wijze waarop dit gebeurde, alleen voor geld, is beestachtig en gruwelijk en getuigt van een volkomen gebrek aan respect voor de waarde van het leven van een medemens. Het slachtoffer doorstond in zijn laatste momenten onbeschrijfelijk veel angst, pijn en machteloosheid. De nabestaanden is onherstelbaar leed en verdriet toegebracht, enkel en alleen vanwege 'een paar rotcenten', zoals ze in hun slachtofferverklaringen zeiden.
De rechtbank vindt langdurige celstraffen dan ook op zijn plaats. Daarbij houdt de rechtbank, anders dan de officier van justitie bij haar eis (18 jaar), rekening met de nieuwe regeling voorwaardelijke invrijheidstelling. Dit betekent dat de verdachten niet eerder dan na 13 jaar van hun detentie in aanmerking kunnen komen voor voorwaardelijke invrijheidstelling.