Laden...

Drie ondernemers veroordeeld voor faillissementsfraude

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Overijssel > Nieuws > Drie ondernemers veroordeeld voor faillissementsfraude
Almelo, 18 juli 2024

De politierechter van de rechtbank Overijssel veroordeelt drie ondernemers tot straffen die variëren van 100 uren werkstraf tot een geldboete van € 1.500,- voor het plegen van faillissementsfraude. Eén verdachte werd vrijgesproken omdat er onvoldoende bewijs was en de zaak van één verdachte ging niet door omdat hij er niet was. 

Strafbare feiten

Vijf verdachten moesten zich vandaag tijdens een themazitting faillissementsfraude bij de politierechter verantwoorden. Het ging om bestuurders van ondernemingen die failliet zijn verklaard en personen die een eenmanszaak hadden die failliet is gegaan. In de meeste gevallen ging het om ondernemers die de administratie niet op orde hadden of niet hadden bewaard. Enkele ondernemers hadden de administratie niet afgegeven aan de curator of weigerden de curator informatie te geven. Eén bestuurder werd verweten dat hij vlak voor het faillissement de goederen van de onderneming had verkocht. 

Bemoeilijken afwikkeling faillissement

In faillissementen wordt door de rechtbank een curator aangesteld die de schulden en bezittingen in kaart brengt. De curator int vorderingen en verkoopt de goederen van de onderneming. Het geld wordt uiteindelijk verdeeld onder de schuldeisers van de onderneming. Als een ondernemer zijn administratie niet op orde heeft, niet bewaart, deze niet afgeeft of weigert informatie te geven, bemoeilijkt dat de afwikkeling van het faillissement en heeft dat invloed op de opbrengsten. Daardoor is er minder geld te verdelen onder de schuldeisers en krijgen zij minder betaald van hun vordering. 

Vertrouwen maatschappij ernstig geschaad

De politierechter rekent het de verdachten zwaar aan dat door hun handelen de curatoren hun werk niet goed konden doen en dat schuldeisers daar de dupe van werden. Dit terwijl de maatschappij en het economische verkeer juist verlangen dat faillissementen goed en snel worden afgewikkeld. Zij hebben hun verantwoordelijkheid richting de curatoren, de schuldeisers en de maatschappij volstrekt verzaakt en het vertrouwen dat men in hen had en moest kunnen hebben ernstig geschaad.

Uitspraken