De gokbedrijven erkennen dat zij geen vergunning hadden om in Nederland online kansspelen aan te bieden, maar menen dat het overtreden van het verbod van de Wet op de kansspelen niet leidt tot een nietige overeenkomst, omdat dat niet de strekking is van het verbod. Als het verbod al de strekking heeft, dan heeft het die strekking volgens de gokbedrijven inmiddels verloren. De rechtbank volgt deze verweren niet en oordeelt dat de tussen partijen gesloten kansspelovereenkomst nietig is. Dat betekent dat de gokbedrijven de verloren bedragen aan de spelers moeten terugbetalen.