De rechtbank spreekt de vrouw vrij van de misdrijfvariant van het veroorzaken van een verkeersmisdrijf. De rechtbank oordeelt dat de vrouw niet onvoorzichtig of onoplettend is geweest. Zo blijkt uit onderzoek dat vrouw niet te hard reed, niet gehaast was, geen verdovende middelen gebruikte of werd afgeleid door haar mobiel. Ze zag de fietser niet en had het ongeluk kunnen voorkomen als zij voorrang had verleend.