De rechtbank oordeelt dat de strafzaak beëindigd moet worden omdat het OM
aangeeft op dit moment geen concreet strafvorderlijk onderzoek meer te kunnen
doen. Het belang van de zoon om duidelijkheid te krijgen over zijn status van
verdachte en zijn vervolging weegt door deze situatie zwaarder dan het algemeen
strafvorderlijk belang.
Het OM gaf aan dat de man niet in of uitgesloten kan worden als verdachte,
maar dat het alles onderzocht heeft wat op dit moment mogelijk is. De laatste
onderzoeken leverden geen belastende informatie op. Ook heeft het OM geen nieuwe
concrete onderzoeksvragen meer.