De Postwet kent een basispakket aan postdiensten, de zogenoemde Universele Postdienst (UPD). PostNL voert deze dienst uit. Onder de UPD valt het vervoer van aangetekende stukken tegen enkelstukstarief.
De zaak is begonnen met een verzoek van een particulier om handhavend op te treden tegen PostNL, omdat volgens hem de aangetekende post niet goed wordt bezorgd. De ACM heeft dat verzoek afgewezen, omdat de particulier geen belanghebbende is. Dit besluit hield bij de rechtbank geen stand en de ACM moest van de rechtbank opnieuw op het verzoek beslissen. De ACM heeft toen PostNL een last onder dwangsom opgelegd: PostNL moest vanaf 1 maart 2024 in ten minste 99% van de gevallen de uitreiking van de aangetekende UPD-post voldoen aan de kwaliteitseisen van de ACM.
Zowel de particulier als PostNL hebben hoger beroep ingesteld bij het CBb. In afwachting van de uitspraak van het CBb heeft de voorzieningenrechter van het CBb de last onder dwangsom geschorst, waardoor PostNL nog niet verplicht was gevolg te geven aan de last.
De particulier is volgens het CBb geen belanghebbende. Het oordeel van de rechtbank op dit punt is dus onjuist. De vraag is of de particulier een persoonlijk belang heeft bij handhaving dat zich voldoende onderscheidt van het belang dat een ieder daarbij heeft. De rechtbank had uit de aard van de aangetekend naar de particulier verzonden poststukken, namelijk medische hulpmiddelen, een persoonlijk belang afgeleid. Het CBb oordeelt hierover dat dit niet maakt dat het belang van de particulier zich onderscheidt van andere ontvangers van aangetekende post. Het is eigen aan poststukken die aangetekend worden verstuurd dat die een zeker belang of waarde hebben en dat daarom voor de duurdere, aangetekende verzending wordt gekozen.
Het CBb is ook van oordeel dat de Postwet geen grondslag biedt voor de last onder dwangsom.
De ACM is namelijk niet bevoegd zelf normen vast te stellen over de kwaliteit van het vervoer van aangetekende post. Op grond van de Postwet moeten die normen worden vastgelegd in een algemene maatregel van bestuur en dat is de bevoegdheid van de regering.
De uitspraak betekent definitief dat de ACM het verzoek om handhaving van de particulier terecht niet in behandeling heeft genomen en dat ACM de last onder dwangsom niet mocht opleggen aan PostNL.