Volgens het hof voldoet de software aan de vereisten van de AVG. De inzet van proctoring is noodzakelijk in de zin van de AVG, dit in verband met de Covid-19-maatregelen. Het verzamelen en verwerken van persoonsgegevens gaat niet verder dan voor het doel van fraudebestrijding noodzakelijk is. Er is ook geen afdoende alternatief voorhanden. Bovendien worden er geen ‘bijzondere’ persoonsgegevens verwerkt zoals bijvoorbeeld over ras of religie.